Circulariteit en MPG betekenen werk aan de winkel
De Bouwagenda is duidelijk: in 2020 moet alle nieuwbouw energieneutraal zijn. 10 jaar later wil de overheid 50% minder gebruikmaken van primaire grondstoffen en 30% productiviteitsstijging en kostenbesparing door innovatie. In 2050 volgt een compleet energieneutrale gebouwde omgeving en een geheel circulaire sector.
De doelen zijn helder, de weg ernaartoe levert nog wel de nodige vraagtekens op. Dat bleek tijdens het FSC Event in Burgers Zoo in Arnhem. Architecten, bouwers, ontwerpers, handelaren en fabrikanten van bouwmaterialen waren gekomen om het evenement bij te wonen.
Dat hout een sterk product is, werd de toehoorders deze middag nog maar eens verteld. In het plenaire deel benadrukten Burgers Zoo-directeur Alex van Hooff, architect Andrew Waugh van Waugh Thistleton Architects en Greenpeace-directeur Joris Thijsen de voordelen van het gebruik van hout en dan met name FSC-gecertificeerd hout.
MPG als basis voor meetbare circulariteit
Bij de speakerscorners werd het pas echt interessant. Bij de bezoekers was opvallend veel belangstelling voor onderwerpen als urban mining, MilieuPrestatie Gebouwen (MPG) en Bijna Energie Neutrale Gebouwen (BENG). W/E Adviseurs-directeur John Mak (zie foto bovenaan) ging in zijn korte presentatie in op de MPG, de berekening van de milieueffecten van het materiaalgebruik in de gehele levensloop van een gebouw. “Bij die MPG wordt gekeken naar in totaal 12 milieueffecten, bijvoorbeeld emissie, mate van grondstofuitputting en de materiaal-energiecomponent. Bij dat laatste kun je denken aan aluminium dat relatief slecht scoort, omdat de productie ervan veel energie vraagt. In 2013 werd de MPG in het Bouwbesluit geïntroduceerd, maar pas sinds dit jaar is hieraan ook een prestatie-eis gekoppeld. Daar moet aan worden voldaan voor het verkrijgen van een vergunning voor het bouwen van nieuwe woningen en kantoren. De komende jaren deze prestatie-eis waarschijnlijk aangescherpt.”
Een betere energieprestatie (EPG) vraagt meestal om meer isolatiemateriaal en installaties en leidt dus vaker tot een slechter MPG.
John Mak, W/E adviseurs
De MPG is in principe een goede basis om circulariteit meetbaar te maken. Voor het maken van een MPG-berekening is een Nationale MilieuDatabase (NMD) beschikbaar, waarin meer dan duizend bouwproducten zijn opgenomen. “Het is nu zaak dat in deze NMD meer circulaire producten opgenomen worden.”
Beter EPG leidt tot slechter MPG
Daarnaast is er spanning tussen energiebesparing en materiaalgebruik. Mak: “Een betere energieprestatie (EPG) vraagt meestal om meer isolatiemateriaal en installaties en leidt dus vaker tot een slechter MPG. Iedereen die serieus met duurzaam bouwen bezig is, weet dat energie en materialen communicerende vaten zijn. Verdergaande energiebesparing betekent meer isolatie en/of meer installaties en dus meer milieubelasting door materiaalgebruik. Is dat wel goed voor het milieu? Zo levert een dikkere isolatie energiebesparing op in de gebruiksfase, maar leidt dit ook tot meer materiaalgebruik in de bouwfase. Tot nu toe was het onmogelijk om de netto milieu-impact daarvan te zien. De DuurzaamheidsPrestatie Gebouwen in een GPR Gebouw geeft dit inzicht wel door een samenvoeging van de resultaten van de energie- en milieuberekening in één resultaat. Daarmee laat het zien welke installatie- en bouwkundige keuzes onder de streep het meest duurzaam zijn over de totale levenscyclus van een gebouw.”
Circulariteit als sluitend verdienmodel
In de Speakerscorner van Mark van Breukelen en Alex Verkuijlen lag de nadruk op urban mining en circulariteit. Een initiatief dat daarop inspeelt, is het Urban Mining Collective. New Horizon-directeur Verkuijlen en Van Breukelen van Stiho maken hiervan deel uit. Ze zijn ervan overtuigd dat zij een sluitend verdienmodel kunnen creëren. Aan de hand van meerdere voorbeelden lieten zij zien hoe materialen die vroeger onder de slopershamer verdwenen nu een hoogwaardige toepassing krijgen.
Van Breukelen: “Uiteraard probeer je het materiaal zo veel mogelijk op de dezelfde manier in te zetten. Dus een kozijn maak je schoon, je past, indien gevraagd, de maten aan, maar je houdt de hoogwaardige toepassing. Pas als het niet anders kan, geef je er een laagwaardiger functie aan.”
Veel bekabeling is uitstekend te hergebruiken, desnoods door extra bekleding of mantel eroverheen te zetten.
Alex Verkuijlen, New Horizon
New Horizon noemt zich niet langer een sloopbedrijf, maar oogstbedrijf. Het zegt genoeg over hoe het bedrijf tegen sloop en hergebruik van materialen aankijkt. Verkuijlen inventariseert dagelijks wat de waarde van slooppanden is en het hergebruik van materialen oplevert. De verdere perfectionering van het systeem betekent dat in de toekomst New Horizon bereid is om te betalen voor de sloop van een pand in plaats van dat hij betaald wordt. Maar zover is het nog niet.
Volgens Verkuijlen gaat nog veel waarde verloren, onder andere door steeds wijzigende wet- en regelgeving in Nederland. “Kijk naar installatiematerialen. Veel bekabeling is uitstekend te hergebruiken, desnoods door extra bekleding of mantel eroverheen te zetten. Een ander voorbeeld is het wijzigen van het Bouwbesluit, waardoor we nu duizenden deuren van 211,5 centimeter nu niet meer circulair kunnen inzetten in nieuwbouw.”
Bron foto: Luisa Machacón