Duurzaamheid of leefbaarheid?

De bouwwereld stort zich volop op het verduurzamen van de huidige vastgoedportefeuille en bij nieuwbouw is het streven om het hoogste BREEAM-certificaat te behalen. Is dit de juiste weg of vergeten we waar het echt om draait?

Neem nu de meest duurzame gebouwen van Nederland. Vast en zeker technisch geweldige gebouwen, energiepositief en BREEAM-gecertificeerd met 4 of 5 sterren. Maar vraagt u zichzelf weleens af: voelen leerlingen of werknemers zich wel goed in deze gebouwen? Is dit een plek waar zij graag willen komen? Dragen de gebouwen bij aan hun presteren? Passen ze over 5, 10, 15 of 20 jaar nog steeds optimaal bij de gebruikers? Vragen waarover we in veel gevallen nog niet eens hebben nagedacht, laat staan dat we ze kunnen meten en continu kunnen blijven optimaliseren.

Allereerst zijn gebouwen en gebieden namelijk bestemd voor hun gebruikers: de mensen. Als bouwwereld zouden wij ons verantwoordelijk moeten voelen om het best uit gebouwen en gebieden te halen en daarmee het beste uit hun gebruikers. Het gaat om leren, werken, zorgen, wonen en leven. Dit noemen wij leefbaarheid, het fundament waarop gebouwen en gebieden gecreëerd moeten zijn. Waarom focust de bouwwereld zich dan zo sterk op duurzaamheid in plaats van zijn focus te leggen op leefbaarheid?

‘We zijn met z’n allen op zoek naar een verbetering van het systeem, zonder goed door te hebben wat beter is en voor wie’

Commitment

Wat als de bouwwereld zich direct committeert aan de leefbaarheid voor gebruikers. Leidt dit dan tot gebouwen en gebieden die optimaal presteren voor gebruikers? Leidt dit dan tot gebouwen en gebieden die zich veel beter kunnen aanpassen aan toekomstige veranderingen van bijvoorbeeld het leer- of zorgproces? Leidt dit dan tot ‘zelflerende’ gebouwen en gebieden die zichzelf technisch kunnen verbeteren in de loop van de tijd? Leidt dit dan tot andere samenwerkingen waarbij de bouwwereld en gebruikers elkaar versterken in zogeheten communities? De bouwwereld is dan immers zelf ook verantwoordelijk gedurende de gebruiksfase en hierop is het verdienmodel dan ook gericht: een nieuw perspectief waarbij naast fabriceren ook het presteren, onderhouden, optimaliseren en demonteren van producten centraal staat.

Wetenschap vs. Willenschap

Om deze stap met elkaar te kunnen zetten, ligt de basis niet bij de techniek – de wetenschap – maar bij de wil en het vertrouwen om dit met elkaar te doen: de willenschap. Dat is wat we met elkaar zoeken en waar het echt om draait. Zowel in de praktijk als in de wetenschap etaleren wij dit gedachtengoed en ontwikkelen we het verder samen met gebruikers en de bouwwereld. Een gedachtengoed dat niet focust op individuele belangen, maar juist het gezamenlijk belang centraal stelt.

‘In tijden van verandering staat niet de wetenschap centraal maar de ‘willenschap’

Wat dit voor u kan betekenen? Volg onze volgende artikelen op DuurzaamGebouwd.nl en kom naar onze afsluitende keynote op het Duurzaam Gebouwd Congres van 13 november.

De auteurs Niel Slob & Saman Mohammadi zijn strategisch adviseurs bij Draaijer+partners en promovendi aan de Faculteit Bouwkunde van de Technische Universiteit Delft. Binnen Draaijer+partners zijn ze verantwoordelijk voor ’de nieuwe draai‘, een onderdeel dat zich bezig houdt met vernieuwende projecten binnen de vastgoedmarkt waarbij leefbaarheid en circulaire economie centraal staan. Binnen TU Delft promoveren Slob en Mohammadi op de toepassing van leefbaarheid en circulaire economie binnen de vastgoedmarkt vanuit gebruikers- en aanbiedersperspectief. Hierbij zijn ze verantwoordelijk voor een onderzoekslab gericht op de circulaire economie. 

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door draaijer+partners