Winnaars Duurzame 50 Vastgoed NL laten anderen delen in de winst

Wat doet het winnen van de Duurzame 50 Vastgoed NL met iemand? Greenspirator Jan Willem van de Groep, winnaar in 2015, en zijn voorganger Stefan van Uffelen, programmamanager bij MVO Netwerk Beton, geven hun visie op wat echt nodig is om de bouw vooruit te helpen.

Wat betekent het winnen van deze prijs?

Jan Willem: “Tot nog toe heeft het niet echt een heel grote impact gehad. Misschien een toename van mensen die mij willen interviewen en die mij voor een lezing vragen… Wel vind ik het vooral een vorm van erkenning voor mij en voor het team waar ik mee werk. En voor alle mensen die met activiteiten bezig zijn vanuit EnergieSprong. Het is ook erkenning voor de beweging die EnergieSprong in gang heeft gezet. Dat idee erachter wordt steeds meer geadopteerd door de markt. Over alles wat ik 5 jaar geleden riep, zei iedereen: ‘Die gozer is hartstikke gek.’ Nu zien we dat we veel verder zijn dan ik 5 jaar geleden had gehoopt.”

Stefan: “Ik doe ook een internationaal project voor de World Business Counsil en internationaal hebben lijstjes en dingen winnen veel aanzien. Dus ik kreeg van allerlei partijen, tot zelfs uit Mexico een mailtjes met: ‘Hé, we zien dat je wat gewonnen hebt.’ Dus ik ben daar wel blij mee, ja. Maar ik had toen niet verwacht dat ik überhaupt zou winnen, dus ik was daar verbaasd over. Toen ik terugreed naar huis, had ik het gevoel van ‘Ben ik nu de duurzaamste in de vastgoedsector?’ Het geeft een verantwoordelijkheidsgevoel en ook iets van als ik dat ben, dan is het er niet zo goed mee gesteld. Ik vind namelijk dat we nog een lange weg te gaan hebben met verduurzaming. Dat mag wel radicaler.”

Aan het winnen is een geldbedrag verbonden, daar kunnen mooie dingen mee worden gedaan…

Jan Willem: “Ik wil eigenlijk een soort studentenchallenge. Midden in de Achterhoek hebben we een plek waar studenten een week lang kunnen kamperen. Daar kan ik ze faciliteiten bieden om echt aan de slag te gaan. Waarschijnlijk kan ik ze daar ook gewoon voor betalen, want ik heb naast die € 5.000 inmiddels ook een aantal sponsoren die dit ondersteunen. Dat moet gewoon een plek worden waar op dat moment even echt iets gebeurt, wat een boost geeft aan vernieuwing in de bouw. In de bouw stonden we op -5 en nu zitten we misschien op -2. Maar we kunnen echt nog zo veel beter. In duurzaamheid, maar ook gewoon wat we überhaupt bouwen met de technologie die we nu hebben. Daar zie ik studenten op dit moment heel bijzondere dingen in doen. Dus dat is eigenlijk mijn idee.”

Stefan: “Ik woon vlakbij een voetbalveld en 2 zoontjes van mij zitten daar op voetbal. Dat voetbalveld moest verplaatst worden voor een nieuwbouwwijk. Door de verplaatsing is er een nieuwe kantine nodig en daaraan heb ik meegedacht om dat gelijk duurzaam te doen. Ik heb dus een installateur gevraagd het dak vol te leggen met zonnepanelen. En het leuke is, dat kan ik vanuit mijn keuken in de verte zien.”

Dat de bouwsector nu op -2 staat, betekent dat er nog veel te doen staat. Wat is dan belangrijk?

Jan Willem: “Het grootste probleem op dit moment is dat iedereen zegt dat technisch alles kan al, dus dat het een kwestie is van op een andere manier de dingen in elkaar zetten. Het is de oude manier van denken. Dat zie je ook bij de toeleverende industrie. Waar men nog steeds duurzamere oplossingen op productniveau bedenkt. Alles kan in principe beter, maar integraal is het geen systeem. We moeten gaan denken zoals in de automotive-industrie. Daar vraagt men de toeleverende industrie gewoon om compleet andere oplossingen dan er nu bestaan. En als ze die kunnen maken, dan produceren ze die op grote schaal en tegen een lage kostprijs. Ik denk daarbij dat voor alle partijen in de bouw de businesscase gewoon moet kloppen. Om dat voor elkaar te krijgen, moeten we extreem goedkoper en beter bouwen. De grote opgave ligt hem dus ook in gewoon domweg betere spullen maken voor lagere prijzen en met gegarandeerde prestaties.”

Stefan: “Ik ben eigenlijk niet van goedkoper, meer van kwaliteit. Eerlijk gezegd vind ik de prijs nu te hoog voor wat er staat, want we bouwen naar mijn mening heel veel rotzooi. Ik heb het idee dat wat we nu bouwen weinig toekomstwaarde heeft. Dus ik vind eigenlijk dat we veel te laagwaardig bouwen en een veel te uitgeknepen sector hebben. Een betonconstructie kost maar een paar procent van de prijs van een gebouw, de installatie mag al boven de dertig procent kosten. Ik zou graag zien dat we in Nederland iconen bouwen, echt gave en inspirerende gebouwen met toekomstwaarde. Dat was voor mij in mijn tijd bij de Dutch Green Building Council ook meer de insteek: partijen naar grotere hoogten te brengen.”

Jan Willem: “Ik beweer niet iets anders, want ik zei ‘goedkoper en beter.’ Met de nadruk op ‘beter’. Goedkoper betekent voor mij niet dat we het nog meer gaan uitknijpen en nog laagwaardiger gaan produceren. Waar het wel om gaat is de businesscase voor duurzaamheid te verbeteren.”

Foto: Stefan van Uffelen (links) en Jan Willem van de Groep (rechts). (Foto: Robert Tjalondo)

De uitgebreide versie van dit interview verschijnt in Duurzaam Gebouwd Magazine #30, dat begin juni verschijnt. Dit tijdschrift is ook online te lezen op DuurzaamGebouwd.nl/Duurzaam-Gebouwd-Magazine.

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Tom de Hoog