‘Overheid: raad bezit af en maak gebruik aantrekkelijker’

De overheid moet een duidelijkere en stevigere rol spelen bij de ontwikkeling van een circulaire economie. Hierover waren de deelnemers het eens, tijdens de Round Table ‘Circulaire Economie’ bij tapijtleverancier Desso.

“Het managen van alle overeenkomsten, aansprakelijkheden en juridische afhankelijkheden bij een goed functionerende circulaire economie zijn zo complex dat organisaties hier niet aan willen”, trapte Willem Adriaanssen van vastgoedspecialist HEVO deze Round Table af.

“Daarom zit het ook nog niet in het klimaat van organisaties. De gebruikers en exploiteurs van onroerende zaken durven en willen deze verplichtingen niet aan vanwege risico's en onzekerheden naar de toekomst.” Volgens hem kan de overheid hierin een rol spelen. “Het bedrijfsleven vindt het nog te spannend en ziet vooral belemmeringen. De overheid kan dit vereenvoudigen en stimuleren.”

Stimulans nodig voor van bezit naar gebruik

Wat volgens Thijs Huijsmans van adviesburea Royal HaskoningDHV helpt, is als gebouwen flexibel worden ontworpen. “Dat gebeurt nu nog te weinig. Daarnaast zijn we gewend aan massaproductie. Onze cultuur is nu om iets te kopen en te bezitten. Het heeft een lange tijd nodig om dat te veranderen naar het gebruik van spullen, of er moet een stimulans zijn om dit te versnellen.”

Moderator Rob Kragt van gastheer Desso concludeert dat de overheid de circulaire economie moet stimuleren. “Ze kan met wetgeving bewezen en uniforme certificering invoeren. De voorvechters in de bouwsector – bijvoorbeeld producenten, adviseurs en opdrachtgevers – dienen dan de vraag naar circulariteit te laten toenemen.”

Stip op horizon stellen en wetgeving aanpassen

Dit kan ook op andere manieren, vindt Aris Bakker van verlichter Trilux. “De overheid kan sturend zijn door afvalbelastingen te verhogen, bepaalde producten of materialen te verbieden of het hergebruik van materialen te stimuleren, zoals zij al heeft aangekondigd in het grondstoffenakkoord. De overheid moet een stip op de horizon stellen aangaande circulariteit en gaandeweg wetgeving aanpassen om naar die stip te komen.”

Een andere oplossing kan volgens Dick van der Graaf van Desso zijn om aan de hand van een certificeringssysteem materialen en producten te beoordelen. “En navenant de milieubelasting ook financieel te belasten. Dan creëer je een meer level playing field. Daar dient dan wel toezicht op te zijn. Er bestaan al zogeheten schaduwprijzen, maar er is geen regulering of verplichting deze toe te passen.”

Circulaire economie als greenwashing?

Huijsmans merkt dat veel bedrijven zich schuldig maken aan greenwashing. “Een voorbeeld is circulaire economie vergelijken met recycling. Dart is tekenend voor de wijze hoe ze ermee omspringen. De reden dat greenwashing mogelijk is, is voornamelijk door onwetendheid en controle. De bestrijding is nagenoeg onmogelijk, tenzij de voorwaarden en criteria daarvoor scherp zijn.”

Roel Nozeman van FSC Nederland vindt een gemeenschappelijk taal belangrijk bij het praten over de circulaire economie. "Daarnaast moet er goed gekeken worden naar een bottomline, wat betreft milieu-impact en CO2. Een eenvoudige certificering kan hier een rol in spelen: niet elke circulair product is namelijk automatisch beter voor het milieu."

Bij die certificering kan een overheid een rol spelen, denkt Simone van den Brink van ABC Nova. “Vergelijkbaar met een productcyclus is een duurzame stroming volwassen, als hiervoor voorwaarden en objectieve certificering worden gesteld. Tot die tijd lijkt het onmogelijk om het zogeheten greenwashen tegen te gaan en biedt het bedrijven de mogelijkheid van een mug een olifant te maken zonder dan hun doelgroep dat kan wegen.”

Circulaire bedrijfsmiddelen niet altijd haalbaar

De bedoeling van derde stelling ‘Is de circulaire economie wel duurzaam’ is dat investeringen in duurzame circulaire bedrijfsmiddelen niet voor alle bedrijven haalbaar zijn. Fred Kloet van Procos Nederland: “Als de overheid of een markt gaat vragen, moet je mee.” De aanwezigen zijn erover eens dat kleinere organisaties de bereidwilligheid moeten hebben om aan te passen en creatief met de circulaire economie om moeten gaan. “Als de partijen dat niet kunnen, dan moeten ze zich verenigen”, denkt Kloet.

Adriaanssen beschouwt de circulaire economie als duurzaam. “Hij wordt echter gestimuleerd door schaarste. De circulaire economie zou de enige economie moeten zijn. Het idee daarachter is dat de mens een ‘homo economicus’ is. Op het moment dat producten enorm in prijs blijven stijgen, worden we wakker en passen we ons aan.”

Circulaire economie als toekomst

De aanwezigen vinden unaniem dat de circulaire economie de toekomst is. “Hij moet meer intrinsiek worden gedreven, in plaats van economisch”, vat Louis Rampaart van VBI het samen. Huijsmans vult hem aan: “Verandering bij ingesleten patronen wordt lastiger als je er langer mee wacht. Dat geldt ook voor circulaire economie. Verandering komt en kan dus komen van mensen die nog niet zo lang in de traditionele economie draaien. Het is aan iedereen in de keten om dit te stimuleren.”

Deel dit artikel

permalink