Duurzaam Bouwen Awards: ‘Innovatiever uitvragen met duurzaamheid als belangrijkste criterium’

Traditiegetrouw worden tijdens het Duurzaam Gebouwd Congres de Duurzaam Bouwen Awards uitgereikt, aan de ‘Meest duurzame organisatie’ en het ‘Meest duurzame project’. Zo ook dit jaar, op 1 juli aanstaande. Welke impact hebben de Duurzaam Bouwen Awards en wat dragen ze bij aan versnelling in de energietransitie, circulariteit en gezondheid? We bespreken het belang van de awards met Helen Visser van Koninklijke Bouwend Nederland, tevens Duurzaam Gebouwd-expert.

Duurzaam Gebouwd [DG]: Met welke opgaven zijn jullie aan de slag?

Helen Visser [HV]: “We hebben duurzaamheid opgesplitst in vier centrale thema’s: circulair bouwen, energietransitie, natuurinclusief bouwen en klimaatadaptatie. We zien veel koppelkansen tussen die laatste twee. Verder zijn er thema-overkoepelende onderwerpen zoals bijvoorbeeld duurzaam inkopen en duurzaamheid in het onderwijs.”

“Onze achterban bestaat uit circa 4300 bedrijven in de B&U: van kleine familiebedrijven tot grote concerns. De manier waarop leden inzetten op duurzaamheid varieert en zo ook de behoeften die zij hebben om duurzaamheid vorm te geven. Dat is overigens net zo bij andere schakels in de bouwketen, zoals opdrachtgevers en toeleveranciers.”

Bouw- en infrabedrijven zijn cruciaal onderdeel voor de realisatie van de verduurzamingsopgaven. Maar samenwerking in de bouwketen met o.a. opdrachtgevers en toeleveranciers is hierbij harde noodzaak. Daarom zet Bouwend Nederland fors in op samenwerkingsverbanden waar vrijwel alle ketenpartners aan tafel zitten. Als participant, o.a. in het Transitieteam Circulaire Bouweconomie (CBE) en CB23. En als mede-initiatiefnemer van o.a. De Groene Koers (versnellen van de transitie naar emissieloos materieel en logistiek) en het KAN Platform (Klimaatadapatief bouwen met de natuur), en MMT (Mensen Maken de Transitie).

“De samenwerkingen die we hieromtrent opzetten zijn noodzakelijk om samen te verbeteren en versneld richting de klimaatdoelen te gaan.”

DG: Waarop moeten we de komende tijd de nadruk leggen om te versnellen?

HV: “Een heleboel partijen hebben behoefte aan praktische handvaten en uniforme afspraken. Hoe meet je bepaalde duurzaamheidsthema’s en hoe pas je die toe in uitvragen?  Het helpt niet als veel gemeenten eigen prestatie-eisen gaan stellen aan bijvoorbeeld klimaatadaptatie, circulariteit of natuurinclusiviteit.”

“ Ook is er behoefte aan voldoende mensen en middelen om de opgaven aan te kunnen. Dat speelt bijvoorbeeld bij decentrale overheden. Zij krijgen steeds meer op hun bordje: de Regionale Energiestrategieën (RES), uitvoeringsplannen klimaatadaptatie en regionale plannen om tot duurzame mobiliteit te komen, om er maar een paar te noemen.”

“We ondersteunen onze eigen achterban met onder andere kennispublicaties, cursussen en bijeenkomsten. Daarnaast lobbyen wij voor de randvoorwaarden voor belangrijke ketenpartners in de bouwketen zodat ze hun rol in de verduurzaming goed kunnen invullen. Want uiteindelijk zijn partners in de bouwketen allemaal nodig om de duurzame doelen te halen. Daarom vinden wij de samenwerking in coalities zo belangrijk.”

“We krijgen energie van de versnelling die we inzetten met initiatieven als het ZEN-platform, waarmee we jarenlang kennis hebben ontwikkeld op het vlak van zeer energiezuinige nieuwbouw. Aan de hand van concrete woningbouwprojecten haalden we kennis op die we sectorbreed deelden, via diverse publicaties. Recent zijn Bouwend Nederland, NEPROM en WoningbouwersNL gestart met het KAN Platform (Klimaatadapatief Bouwen met de Natuur), deelnemers aan het platform ontwikkelen vóór 2023 een klimaatadaptieve en natuurinclusieve woonwijk. Zij buigen zich over de uitdagingen die samenhangen met het ontwikkelen van zo’n wijk en gaan ook echt aan de slag. De kennis die uit het proces en de ontwikkeling komt, delen we vervolgens weer. We willen op deze manier de brug slaan tussen het beleid en de praktijk. Zie ook de website van KAN.”

Helen Visser, Programmamanager Duurzaamheid, Bron: Bouwend Nederland

DG: Het thema van het Duurzaam Gebouwd Congres is ‘Welkom in de Woonfabriek’, waarbij we de nadruk leggen op duurzamer, sneller en innovatiever bouwen. Spreekt het onderwerp jullie aan?

HV: “Het is een maatschappelijk relevant en belangrijk onderwerp, ook naar de toekomst toe. Daarom hebben we de Citydeal Conceptueel Bouwen getekend; om conceptueel te bouwen is het belangrijk de randvoorwaarden goed op te zetten. We bemerken een aantal uitdagingen op het vlak van industrialisatie, waarvoor de Citydeal een deel van de oplossing kan vormen. Op dit moment is opschaling zodanig dat grootschalige verduurzaming echt mogelijk is nog lastig. Veel bouwwerken zijn maatwerk. En in het geval van bijvoorbeeld energetische verduurzaming blijkt het lastig om de vraag meer gebundeld in de markt te zetten. Het is voor uitvoerende bedrijven interessant en bedrijfseconomisch haalbaarder te industrialiseren als er veel woningen tegelijk worden aangepakt dan dat woning voor woning worden aangepakt  Om de duurzaamheidsdoelen te halen, hebben we die opschaling wel nodig en is stimulans noodzakelijk.”

“Stimuleren die je door duurzaamheid substantieel mee te wegen in de gunning. Zodanig dat bedrijven zich met duurzaamheid echt kunnen onderscheiden in de markt. Functioneel uitvragen is  ook belangrijk en daar ligt een belangrijke opgave voor de opdrachtgevers. Door innovatiever uit te vragen en duurzaamheid als essentieel criterium te benoemen, zorg je ervoor dat bedrijven verder innoveren, en bijvoorbeeld inzetten op nieuwe en circulaire materiaalsoorten of innovatieve klimaatadaptie natuurinclusieve oplossingen.”

“Geregeld worden beschikbare duurzame maatregelen  niet toegepast omdat er letterlijk in contracten staat opgenomen hoe een bouwwerk moet worden gerealiseerd. Door dat te kantelen ligt de nadruk steeds meer op innovatie. Daar hebben opdrachtgevers, waaronder de overheid een belangrijke rol te vervullen, want het is de grootste opdrachtgever in de bouw. Vorig jaar zagen we dat in circa 64% van alle openbare aanbestedingen duurzaamheid geen enkele rol speelde in de gunning.”

DG: “Wat kunnen de Duurzaam Bouwen Awards aan die versnelling bijdragen?”

HV: “De Duurzaam Bouwen Awards inspireren. Het zou mooi zijn als het bedrijven aanzet verder te verduurzamen en opdrachtgevers om wél te gunnen op duurzaamheid. De mooie voorbeelden van de genomineerden en winnaars dienen als inspiratie voor de bezoekers. Zij kunnen bedenken welke inzichten ze uit de winnende projecten kunnen toepassen in eigen ontwikkelingen. Het is dan wel belangrijk dat de opgedane inzichten ook praktisch toepasbaar worden gedeeld. Daarmee krijgen de Duurzaam Bouwen Awards een zwaarder gewicht.”

DG: Wat zien jullie graag terug qua inschrijvingen en -zendingen voor de Duurzaam Bouwen Awards?  

HV: “We vinden het belangrijk dat meer gedacht wordt in integrale duurzame oplossingen. Uiteraard ondersteund door innovaties vanuit de diverse duurzaamheidsthema’s. Daarnaast is het interessant als er onder de inschrijvingen slimme,  goed opschaalbare en breed toepasbare oplossingen zijn. Oplossingen waar veel partijen direct mee aan de slag kunnen, zonder te diep in de materie te zitten.”

DG: Welke uitdaging willen jullie stellen aan de bouw- en vastgoedsector?

HV: Als we de klimaatdoelen willen halen, dan moet iedere schakel in de keten anders gaan werken. Elk onderdeel valt nu nog te vaak terug in gedrag waarmee we de doelen niet halen. Als ketenpartners elkaar beter gaan begrijpen en meer gaan samenwerken, dan kunnen zij ervoor zorgen dat ze gezamenlijk klaar zijn om de omslag te maken. Daar ligt ook een schone taak voor de Duurzaam Bouwen Awards, om deze vernieuwing te belonen.”

Deel dit artikel

permalink