Nieuwe inzichten over thermisch comfort in gebouwen

In een nieuw boek over thermisch comfort in gebouwen laten de auteurs zien dat de methode ‘adaptief thermisch comfort’ een win-winsituatie mogelijk maakt. Daarbij stemt het binnenklimaat tot meer tevredenheid en is er ook minder energie nodig. Je leest het allemaal in Binnenklimaat en Adaptief Thermisch Comfort.

Bij het ontwerpen van gebouwen wordt er de laatste vijftig jaar meestal vanuit gegaan dat het binnen nauwe grenzen regelen van de binnentemperatuur maximaal thermisch comfort geeft. Dat maakt vervolgens in de meeste gevallen conditionering van de binnenlucht noodzakelijk. Deze methodiek is gebaseerd op onderzoek in klimaatkamers.

Nieuwe visie

De afgelopen 25 jaar is echter op grond van veldonderzoek in een groot aantal in gebruik zijnde gebouwen een nieuwe visie ontwikkeld. Met adaptief thermisch comfort wordt de nadruk gelegd op het vermogen van mensen om zich op verschillende manieren aan te passen aan de wisselende temperaturen, zoals die voorkomen in niet of beperkt geconditioneerde gebouwen. Als het buiten warmer is, verwachten bewoners in die gebouwen dat het binnen ook warmer is en passen zij zich ook daarnaar aan. Dat gebeurt onder andere door het openen van ramen of het aanpassen van hun kleding.

In dergelijke gebouwen zijn mensen tevredener over het binnenklimaat dan in gebouwen met een strak geregelde temperatuur. Want het binnen nauwe grenzen regelen van de temperatuur vermindert het vermogen van het lichaam om zich aan wisselende temperaturen aan te passen. Bovendien leiden nauwe temperatuurgrenzen niet tot een hogere productiviteit.

Dat alles stelt wel eisen aan het gebouw, dat zo ontworpen moet zijn dat thermisch comfort zoveel mogelijk gerealiseerd wordt met bouwfysische en passieve oplossingen, bijvoorbeeld door adequate zonwering, thermisch effectieve bouwmassa en bruikbare te openen ramen, zonodig aangevuld met luchtbehandeling voor ventilatie. Adaptief thermisch comfort maakt een win-winsituatie mogelijk waarbij en het binnenklimaat tot meer tevredenheid stemt en er minder energie nodig is.

In het nieuwe boek beschrijven de auteurs Stanley Kurvers en Joe Leijten onder andere over de geschiedenis van onderzoek naar thermisch comfort, de principes van thermische adaptatie, richtlijnen voor adaptief comfort, binnenklimaat en productiviteit en ten slotte worden voorbeelden van ontwerpaanbevelingen voor thermisch comfort gegeven. 

Over de auteurs

Stanley Kurvers en Joe Leijten hebben jarenlange ervaring als onderzoeker en consultant op het gebied van binnenmilieu in kantoorgebouwen, scholen, ziekenhuizen en woningen. In de jaren tachtig ontwikkelden zij meetsystemen om het binnenklimaat langdurig te monitoren en later methoden om de subjectieve percepties van mensen te verzamelen en te koppelen aan fysische meetgegevens. Dit is bekend geworden als de Building-in-Use methode, waarmee ze honderden gebouwen hebben onderzocht. Verder werden richtlijnen en beleidsadviezen voor onder andere de Arbeidsinspectie, het Rijksvastgoedbedrijf, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de Europese Unie en ISSO ontwikkeld. Ze publiceerden vele malen in Nederlandse tijdschriften en internationale wetenschappelijke tijdschriften en congresbundels.

Het boek Binnenklimaat en Adaptief Thermisch Comfort is een samenwerking tussen de Stichting Kennisbank Bouwfysica en Delft Digital Press.

Deel dit artikel

permalink