De toekomst van systemen voor energiemanagement

Hoe gaan we het internet of energy in de toekomst inrichten en welke kwesties moeten daarvoor nog worden opgelost? Die vragen stonden centraal tijdens de drukbezochte Expertsessie Energy Management Systems in Utrecht.

De Topsector Energie en TKI Urban Energy organiseerden woensdag in DUS (Utrecht) een interessante middag over de komst van energiemanagementsystemen (EMS). Met insiders van diverse pluimage, van SPIE tot Schneider Electric en van Liander tot eenpitters in de energietransitie, werd diep ingegaan op kwesties die nu of nog gaan spelen. Wat zijn bijvoorbeeld de gebruikerswensen en hoe pak je de veiligheid aan?

Pieken

De middag werd geopend door Maarten de Vries en Soe van Dijk (beide Topsector Energie), die eerst duidden waar we op afkoersen. Met de komst van alle zonnepanelen en elektrische auto’s, en de groei van duurzame opwek door zon en wind, schiet het elektriciteitsnet aan alle kanten tekort en zijn er maatregelen nodig. Bovendien hebben we daarbij niet alleen te maken met pieken in vraag en aanbod, die de noodzakelijke balans in het net bedreigen, maar ook met fluctuerende prijzen die het energieverbruik (en de kostenplaatjes) enorm beïnvloeden.

Dat alles is met decentrale, lokale netwerken prima op te vangen, met daarbij ook opslag en veel flexibiliteit, maar dat vergt wel speciale software voor slim energiemanagement. De grote vraag in Utrecht was met name: aan welke voorwaarden moet die dan voldoen?

Big 5

Vervolgens ging Thomas van Dijk (Waag Futurelab) in op de komst van de energiemanagementsystemen en hoe die zich verhouden tot hun omgeving. Hij schreef mee aan een speciaal rapport daarover, dat zich richtte op energiemanagementsystemen voor de thuissituatie (HEM), waarbij hij de big 5 benoemde: warmtepomp, laadpaal, zonnepaneel, airco en batterij. Als je die in een HEM en EMS wilt integreren, krijg je met veel partijen te maken, waarbij naast de onderlinge communicatie en afstemming ook het eigenaarschap van de data en de handelingen van je naaste omgeving een rol spelen. En wie geef je dan de belangrijkste sleutels in handen, in een wereld waar we met argusogen kijken naar Google en Facebook? Zal op basis van publieke waarden de kachel altijd blijven branden?

Waar de Waag in de Middeleeuwen middelpunt was van gildes, zo ziet Van Dijk een parallel met energiecoöperaties. Die hebben een democratiserende kracht en verdienen inspraak in het geheel. In dat geval heeft hij ook vertrouwen in de onderlinge afstemming van de driehoek overheid, lokale netwerken en bedrijfsleven. Met daarbij toepassing van open standaarden en open source software, want die versterken de EMS’sen, aldus Van Dijk.

Open source?

Die open source was onderdeel van een aparte kennissessie, waarbij de prangende vraag luidde: hoe verdien je aan software die voor iedereen beschikbaar is? Zo koos Nicolas Höning (Seita en FlexMeasures) inderdaad voor het ontwikkelen van open source software voor EMS. Dat doet hij onder auspiciën van de Linux Foundation, wat alle partijen in de keten waarborgen biedt voor het gebruik en het eventueel toepassen (en betalen) van licenties.

Höning liet zien dat er al open source-producenten zijn waarvan de marktwaarde exponentieel stijgt en dat naast gebruik van open source software (eventueel in licentie) ook support, hosting of bewerking van de software tot inkomsten kunnen leiden. Verder kun je eventueel speciale functies wel afschermen. Het geheel vergt een lange adem van opstarten en investeren, maar Höning is ervan overtuigd dat juist open source de beste driver is van digitale innovatie. Zo is hij met FlexMeasures actief op het gebied van het bepalen van het juiste moment om in een flexibel systeem met fluctuerende prijzen stroom af te nemen. Ook interessant zijn projecten als HomeAssistant, ThingsBoard en Kaa, besloot Höning.

Wensen bewoners

Waar veel van deze materie echt voer voor techneuten is, zal het lastig worden om de betrokkenen (bewoners) mee te nemen in alle technische ontwikkelingen. Laat staan dat zij in dit speelveld hun wensen makkelijk kunnen uiten, zeker als er verschillen zijn wat betreft motivatie en kapitaalkracht. Er moet bovendien extra rekening worden gehouden met kwetsbare groepen, zoals mensen die te maken hebben met energiearmoede, en met huurders die nu weinig zeggenschap hebben. Ook zijn er situaties te bedenken waarbij het lastig wordt om een eerlijke verdeling van de lasten en lusten te maken en spelen er issues rond de zeggenschap over data en de toe te passen ingrepen.

Dat data-eigenaarschap was zelfs onderwerp van een aparte kennissessie. Die kwestie is nu al aan de orde met het delen van je gegevens uit de slimme meter, maar welke partijen maken straks allemaal deel uit van een EMS? En met welke data kunnen zij aan de haal gaan? Komen er afspraken op centraal of decentraal gebied, waar sla je de belangrijkste gegevens op en waar en door wie worden (op basis van die data) de systemen aangestuurd?

Velen zullen het ermee eens zijn dat we al een deel van onze privacy hebben weggegeven aan bijvoorbeeld Google. Kunnen we nog een hoge privacymuur opbouwen, of moeten we dat ‘maar’ toestaan en zorgen dat we leren van eerdere fouten om belangrijke lekken of onwelgevallige uitwassen te kunnen voorkomen? Hoe dan ook, het kan stukken beter dan dat er nu met data wordt omgegaan. En wachten op een oplossing hiervoor is ook niet heel zinvol, leert de ervaring, omdat je dan de innovatie in de weg staat. “We moeten het gewoon gaan doen, want het huis staat in de fik”, was de conclusie in deze sessie.

Veiligheid

In het verlengde hiervan speelt ten slotte het thema veiligheid (cybersecurity) en bijvoorbeeld het risico van hacken, aldus Harmen van den Brink van Elaad.NL. Het zal niet zo heel moeilijk zijn om ergens in een systeem in te breken en wat de eventuele gevolgen kunnen zijn van slechts één overbelast elektriciteitsstation zagen we op 8 januari 2021 (Ernestonovo, Kroatië). Het besef moet er daarom zijn dat, met bedrijven die in Nederland minstens honderdduizend laadpalen beheren, ook hier de kwetsbaarheid van het systeem aanzienlijk is. Bovendien zijn er naast hacks, ook risico’s als menselijk falen, een fout werkend algoritme of een ogenschijnlijk normale handeling met onvoorziene, cascaderende gevolgen.

Die risico’s allemaal meenemen bij het ontwerpen van veilige software is van groot belang, inclusief encryptie, automatische updates, normering en certificering. Gebruik daarbij dit handige 7-stappenplan van Winifred Roggekamp (Technolution). Rest de constatering dat - wat betreft de genoemde normering - de wet- en regelgeving ook een apart podium verdient, want ook daarover moeten nog veel fundamentele besluiten worden genomen.

Verslag: Ysbrand Visser (Duurzaam Gebouwd)
Beeld: Shutterstock

Deel dit artikel

permalink