Eerste retournamecertificaat kanaalplaatvloer vormt primeur

VBI lanceerde op de Bouwbeurs een retournamecertificaat voor hoogwaardig hergebruik van voorgespannen kanaalplaten. Ook reikte ze een certificaat uit aan VDR Bouwgroep, voor het te zijner tijd retournemen van kanaalplaatvloeren, zodat ze hergebruikt worden als constructief element. Het gaat om de vloeren die nu zijn verwerkt in het grootste aantoonbaar circulaire distributiecentrum van Nederland, DC Bleckmann in Almelo.

Commercieel directeur Herre Elsenga van VBI refereerde aan de ontwikkelingen van de circulaire kanaalplaten die voorafgingen aan de totstandkoming van het retournamecertificaat. Vervolgens overhandigde hij het allereerste certificaat aan directeur Luc Baltus van VDR Bouwgroep. Baltus schetste de stappen in circulariteit die zij hebben afgelegd, met als resultaat de totstandkoming van het grootste aantoonbaar circulaire distributiecentrum in Nederland.

In basis al losmaakbaar

Retourname van kanaalplaten, om deze elders opnieuw in te zetten, reduceert de milieu-impact van het product met wel tachtig procent ten opzichte van een nieuw product (bron: NIBE). Belangrijk is om in de ontwerpfase in te zetten op de demontagemogelijkheid. In de basis is een kanaalplaatvloer namelijk losmaakbaar, maar de daadwerkelijke verwerking in de bouw bepaalt of de demontagemogelijkheid er is. Volgens VBI wordt nog te snel de bus met expansieschuim gepakt, of wordt er een druklaag op bedacht.

Door te ontwerpen met het oog op hergebruik kun je later nog bij de losmaakbare verbindingen, maar detailleer je ook anders. En door in het constructief ontwerp te rekenen met de schijf die de kanaalplaten zelf kunnen vormen kan een druklaag vaak achterwege blijven.

Remontabel leren denken

VBI is inmiddels ook begonnen aan het inrichten van diverse vormen van ondersteuning voor ontwerp en constructie, maar ook voor de applicatie van de kanaalplaatvloeren. Denk hierbij aan een verregaande standaardisatie van details en tools voor het maken van de beste losmaakbare verbindingen in elke situatie.


“Remontabel bouwen is zeker niet kostenverhogend, mits het integraal wordt beschouwd. Dat is een bewustwording die moet worden geactiveerd. Dat kan door circulariteitseisen vanuit de overheid, maar liever gebeurt het op basis van een intrinsieke motivatie”, aldus Peter Musters, adviseur Bouwconcepten van VBI en Duurzaam Gebouwd-expert.


VBI ondersteunt dit door ook met architecten en constructeurs te praten over hun ontwerpkeuzes, zoals een meer modulaire bouw of een betere stapelbaarheid van het stramien van een gebouw. Musters: “Ontwerpen voor re-assembly of re-use zal de norm worden omdat we vijftig procent moeten besparen op grondstofgebruik [in 2030, red.]. Nu al krijgen we regelmatig verzoeken voor tweedehands vloerplaten.”

Materialenpaspoort

Voor de retourname door VBI geldt in principe geen tijdslimiet, omdat de kanaalplaat niet veroudert, maar zelfs harder wordt in de tijd. De honderden data van individuele vloerplaten, van gebruikte grondstoffen en emissies tot en met de toepassing, worden door VBI samengevat in het betreffende productlabel oftewel productpaspoort.

Herre Elsenga en Luc Baltus

Wanneer een gedemonteerde vloerplaat niet aan alle voorwaarden voldoet om als nieuw weer te kunnen worden ingezet, is het paspoort de garantie dat het element gerecycled kan worden om op kostbare grondstoffen te kunnen besparen. Het paspoort kan worden geïntegreerd in een BIM-model.

Bouwwaardemodel

Vanuit het Betonakkoord en het daaruit ontwikkelde Bouwwaardemodel streeft VBI naar een circulaire economie, waarin naast recycling ook re-use een belangrijke rol speelt. Het aandeel klinkercement in beton wordt omlaag gebracht, onder andere door te werken aan alternatieve binders.

Deel dit artikel

permalink