Mensen ontregelen klimaatsystemen

Duurzaamheidscertificaten als BREEAM en LEED geven slechts aan of een gebouw in theorie duurzaam is. Pas als een gebouw alle jaargetijden heeft doorlopen, kan pas echt worden bepaald hoe duurzaam het gebouw is.

Wij mensen zijn gevoelige personen. Waar de een prima functioneert bij 18 graden Celsius, voelt de ander zich pas goed bij 21 graden Celsius. Door steeds de temperatuurinstellingen en luchthoeveelheden in een gebouw te veranderen, ontregelen ze echter het klimaatsysteem.

Als een gebouw met een BREEAM-certificaat is opgeleverd, dan is het alleen in theorie duurzaam. Pas als een gebouw alle jaargetijden heeft doorlopen, kan het ook in de praktijk duurzaam zijn. Hierbij speelt monitoring een belangrijke rol, maar in de meeste gevallen blijkt dit echter een ondergeschoven kindje. Met monitoring meet je temperatuur, regelprocessen en de klimaatprocessen zoals klimatisering, verwarming en koeling in het gebouw.

Neem nu het verschil tussen een hoog- en een laagstaande zon. Een hoogstaande zon zorgt in de zomer voor warmte. In de winter kan een laagstaande zon echter voor veel warmte zorgen: achter glas kan het heet worden. Zodra de warmte van de zonnestralen namelijk door het glas is gekomen, kan het niet meer terug. Door goed om te gaan met dit principe, scheelt dit in de winter veel  fossiele brandstoffen. In de zomer hoeft dan pas extra gekoeld te worden als zaken zoals nachtventilatie en het benutten van zonwering volledig benut zijn.

Door dit soort zaken goed te monitoren kunnen de gebruikers een gebouw en de positie van een gebouw beter leren kennen. Ze hoeven dan niet de temperatuur te veranderen, maar enkel van positie te veranderen. Hierdoor benutten ze de duurzaamheid van het gebouw optimaal.

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door