Van 'Space' naar 'Place'

Voor de start van Smart WorkPlace hebben wij goed geluisterd naar de markt. Ons gevoel zei dat de zuiver academisch technische benadering van de werkplek niet langer past bij de wensen van de eindgebruiker. Tijdens onze rondetafel in juni over het nut van benchmarks bleek dat Activity Based Working (activiteit gerelateerd werken) ter discussie staat. Ons bekroop het gevoel dat het systeemdenken een suboptimale oplossing aan het worden is.

Na het lezen van de aangepaste strategie van Great Place to Work viel het kwartje: een meer individueel aanbod zorgt voor een grotere betrokkenheid van eindgebruikers bij hun organisatie. En dus minder ziekteverzuim en meer productie. Processen opsplitsen in activiteiten en daarvoor ruimte calculeren en inrichten is 80% van het verhaal. De belangrijkste 20% hangt af van context, individuele competenties en de betekenis die de individuele eindgebruiker aan zijn werk wil geven. Een meer holistische benadering is dus vereist.

Uit de gesprekken die wij voerden met onze Founding Partners en bestudering van een grote variatie aan werkomgeving-gerelateerde onderzoeken, bleek dat een revolutie gaande is. De sociale component wint het van de technologische en ruimtelijke. De eindgebruiker en zijn steeds wijzigende vraag is vol in beeld bij architecten, ontwikkelaars, bouwers en installateurs. Digitalisering maakt directe real-time communicatie mogelijk. VR en AR zijn onderdeel van aanbestedingen geworden. Softwareleveranciers uit ACE (de bouwkolom) en FM zoeken elkaar op. Steelcase en Autodesk hebben een samenwerking voor Augmented Reality. IBM en de EnOcean Alliance werken aan een nieuwe standaard voor gebouwautomatisering en Internet of Things. ABN AMRO en ING gaan tot aan het gaatje voor snelle verduurzaming van vastgoed. Volgens het Nationaal Zakenauto Onderzoek 2016 kiezen ook jongere generaties steeds meer voor een flexibel mobiliteitsbudget in plaats van een vaste leaseauto.

Gevolg is dat het OV-aanbod in drie jaar tijd zou moeten verdubbelen. Kortom: zowel de eindgebruiker als de leveranciers van de gebouwde omgeving maken steeds meer gebruik van technologie om slim, gezond en circulair te kunnen werken. En deze drie versterken elkaar. Het is dan ook niet verwonderlijk dat FMN overweegt een branche-organisatie te worden en Bernard Wientjes oproept tot een revolutie in de bouwsector. De oude modellen staan ter discussie. Eindgebruikers willen disruptieve innovatie in plaats van nieuwe modellen.

In alle discussies over de toekomst van de werkomgeving merk ik dat we te vaak en te snel naar een technisch inhoudelijke discussie gaan. Circulair Bouwen is een mooi voorbeeld. Willen we investeren en rendement maken door bouwmaterialen circulair te gebruiken of willen we de gebouwde omgeving circulair kunnen gebruiken? Een klein maar essentieel verschil. Want of je het nu slopen of oogsten noemt, het materiaal wordt eerst van product weer halfproduct om vervolgens ergens anders weer product te kunnen worden. Het materiaal heeft dus geen circulaire functionaliteit. Binnen de eigen silo klopt het verhaal en vinden we elkaar wel. Maar overstijgend valt er een gat.

Totale werkomgeving

Een vergelijkbaar fenomeen is het verschil van denken in ‘Space’ en ‘Place’. Het eerste is ruimte en het tweede plaats. Het ontwerpen, maken, inrichten en gebruiken van ruimte gaat over m2, m3 en objecten. Je bepaalt wat je in een ruimte wilt doen en dat bepaalt de functie ervan. En welke activiteit je in de ruimte wilt uitvoeren, zodat je de daarvoor geschikte objecten in de ruimte kunt zetten. Plaats is moeilijker, want deze wordt niet door m2 en m3 afgebakend. Het is een punt vastgelegd door XYZ-coördinaten, maar ook een stad. ‘Placemaking’ en ‘Op je plaats zijn’ zijn begrippen die een combinatie van ruimte en beleving van die ruimte in zijn omgeving aanduiden. De context wordt belangrijker. Vanuit de eindgebruiker is ‘Space’ dus een halfproduct en omvat ‘Place’ de totale gewenste functionaliteit. Een Smart WorkPlace gaat dus niet over sec ruimte. Niet over alleen maar een werkplek, maar over de totale werkomgeving zoals ervaren door een eindgebruiker. Zowel fysiek, mentaal als virtueel. En dat maakt dan ook dat Activity Based Working ter discussie staat.

Human Resource

Wij denken dat People Based Working een mooie opvolger wordt. Niet langer zijn een efficiënt aanbod van ruimte en fysieke facilitaire producten zoals inrichting het uitgangspunt. Startpunt wordt de Human Resource. Wie selecteren we als medewerker? Waarom? Hoe ondersteunen we elk individu optimaal maar ook de groep als totaal? Hoe zorgen we ervoor dat de eindgebruiker van betekenis kan zijn? Daarvoor is een stimulerend samenspel van ruimte en plaats nodig. Dit verklaart ook de groei van corporate co-working en door technologie en WELL gedreven aandacht voor gezondheid en circulariteit. Het zorgt voor een ‘Office Renaissance’. De werkomgeving gaat meer intrinsieke waarde krijgen. Minder kwantiteit, meer kwaliteit. Investeerders zien dat ook. En dat betekent dat de ‘Netto Contante waarde van Gebruik’ een rol gaat spelen bij de ontwikkeling en transformatie van werkomgevingen.

(In de SWP Gids 2017 zullen wij op basis van ons marktonderzoek uitgebreid ingaan op de ontwikkeling van de Smart WorkPlace en hoe deze de diverse sectoren verandert.)

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Fred Kloet