Evidence based biophilic architecture

De vraag naar gezonde en comfortabele gebouwen neemt toe! Dat lijkt mij heel logisch. We bouwen immers al onze gebouwen voor mensen. In de duurzame bouwwereld is gezondheid voor de gebruiker niet nieuw: denk aan initiatieven als Gezonde of Frisse scholen, gezond binnenmilieu en healing environment. Bouwers, ontwikkelaars, architecten en zeker ook opdrachtgevers zoeken naar manieren om gezondheid te meten en te waarderen.

De ‘WELL Building Standard’ is een serieuze methode die gezondheid van de gebouwen, of beter de gezondheid van de mensen in een gebouw meet en waardeert. Gezonde gebouwen bestaan overigens niet, net als dat gebouwen geen energie verbruiken. In beide gevallen gaat het om de mensen die in het gebouw zijn. Een kleine, maar belangrijke nuance. 

DGMR en BBA hebben een white paper geschreven over WELL: ‘Naar een gezond gebouw met de WELL Building Standard’ om richting te geven in de zoektocht naar een gezonde gebouwde omgeving. En dat is niet onbelangrijk. Zij geven aan dat volgens PriceWaterhouseCoopers binnen afzienbare tijd niet meer de ‘stenen en locatie’ de prijs van gebouwen bepalen, maar dat die bepaald zal worden door de flexibiliteit, bruikbaarheid en kwaliteit van de huisvesting. Hierbij zijn gezondheid, comfort en duurzaamheid dé prijsbepalende factoren; “Health, wellbeing, sustainability merge as a key driver of real estate value” is een bekende quote van PWC. 

In vergelijk met andere labellingsystemen gaat WELL over de beïnvloeding van de gezondheid van de mensen die zich in het gebouw bevinden. WELL is in die zin een gezondheidskeurmerk en keurmerken als BREEAM-NL of LEED meer een duurzaamheidskeurmerk met gezondheidscriteria. WELL kijkt ook hoe de niet-gebouwgerelateerde (ipv de materialen, installaties en interieur)  gezondheidsaspecten beïnvloed kunnen worden, waarbij zelfs de HR (Human Resource) meegewogen wordt, denk aan fitnesslessen en gezonde voeding in het bedrijfsrestaurant.

De 7 concepten van het WELL Building Standard, met Biophilic design onder Mind.

We weten allemaal dat gezondheid door diverse factoren beïnvloed wordt. Wanneer een werknemer uit het meest gezonde gebouw ter wereld stiekem per dag een pakje Brandaris aan sjekkies pielt, zal hij niet gezien worden als ‘gezond’. Of als de dochter van zijn collega heel veel gepest wordt op school, zal die collega zich ook minder prettig voelen in dat meest gezonde gebouw ter wereld. Je lichamelijke en geestelijke gezondheid is afhankelijk van diverse sociale, maatschappelijke, interactieve, lichamelijke en mentale zaken. Dat neemt niet weg dat mensen 90% van hun tijd in een gebouwde omgeving verkeren, dus indien we de gebouwen dichter bij de mens kunnen ontwerpen, maken we al grote stappen.

De wet van de grote getallen is een interessante. Vraag het zoveel mogelijk mensen en de gemene deler vertelt je wat het beste is. Dat is niet voor niets een hoog gewaardeerd principe op internet. De Happy Building Index is daar een voorbeeld van. Met de tijd zal blijken welke gebouwen het prettigst ervaren worden. Excessen (allemaal 10-en of allemaal 1-en) worden vanzelf verzwolgen door de aantallen. En nog interessanter: met de tijd zal blijken of gebouwen met de hoogste duurzaamheidsscores ook als prettigst ervaren worden. Dat zou op één lijn moeten liggen zou je denken…

Het Montessori College in Nijmegen als een van de beste gewaardeerde. Het gebouw speelt goed in op de principes van het Montessori onderwijs wat het een passend en fijn gebouw maakt.

In feite werkt het ontwerpen van een gezonde gebouwde omgeving hetzelfde als in de natuur. Als je alleen een mussenkastje ophangt, komt daar zelden meteen een mus in. Maar als je de gehele biodiversiteit omhoog schroeft, door op allerlei aspecten de natuurlijke omgeving te bevorderen, stijgt de kans dat hij er toch een keer inkomt.

Vraag is nu: hoe kunnen wij als architecten de gehele gebouwde omgeving op dat punt opwaarderen, zonder te vervallen in waar en onwaarheden… 

Twee zaken gaan daar een belangrijke rol in spelen:

-        Evidence Based Design

-        Biophilic architecture

Evidence Based Design is, zoals het zichzelf al verklaard: ontwerpen op basis van bewijzen en kennis. Beslissingen in ontwerpen zijn gebaseerd op betrouwbare kennis. Deze kennis kan bestaan uit wetenschappelijke kennis, maar dit hoeft niet. Ze kan ook bestaan uit praktijk kennis of kennis ontwikkeld door het evalueren van de ontwerpen voor bestaande gebouwen. Het mooie eraan is dat je niet vastloopt in discussies dat het nog niet ‘wetenschappelijk bewezen’ is. Het heeft zichzelf in de praktijk immers al bewezen, zonder literatuur studie eronder, zeg maar. Het doel is om een zo succesvol mogelijke uitkomst voor het gebouw te realiseren.

Biophilic architecture geeft ons architecten en ontwerpers handvaten om tot een gezonde gebouwde omgeving voor gebruikers te komen. Een biofilisch gebouw erkent dat wij mensen voor meer dan 99% natuurlijk zijn gecodeerd en een adaptieve respons tot de natuur hebben. Die respons hebben we niet tot kunstmatige omgevingen. We associëren ons vanzelf met natuurlijke kenmerken en processen. Deze natuurlijke kenmerken en processen passen we op een directe manier toe in onze gebouwen door meer groen, water, dieren, daglicht ed. in onze gebouwde omgeving te introduceren. Dat doen we ook indirect door natuurlijke vormen, kleuren en materialen, maar ook veroudering of natuurlijke geometrie te laten zien in onze gebouwen. Tenslotte geeft ook de ervaring van ruimte en plaats een natuurlijke adaptieve respons aan de gebruikers, denk daarbij aan culturele en ecologische plaatsgebondenheid of vrije bewegingsruimte en heldere routemarkering en opvolging van ruimtes en ook (voor ons architecten de mooiste): georganiseerde complexiteit.

Het ontwerp voor een hotel in Zeewolde, waar we alle principes van biophilic architecture in meegenomen hebben.

Als we nu evidence based en biophilic design combineren zien we bij kantoren waar het toegepast is dat productiviteit van mensen tot 20% kan stijgen. In ziekenhuizen die volgens deze principes gebouwd zijn, verblijven mensen korter en is het medicijngebruik lager. Bij scholen blijkt dat kinderen zich beter kunnen concentreren en sneller leren. In retail blijkt dat klanten tot wel 25% meer willen betalen voor producten en ook dat mensen bereid zijn meer te betalen voor een gezonde woning.

En daar schuilt veel kracht in: het moet tenslotte ook gewoon een business case zijn!

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Daan Bruggink