Inspiratie uit Zweden: zo maak je concrete, duurzame stappen

In samenwerking met de Swedish Chamber of Commerce en Sweco bekeek een select gezelschap duurzame en circulaire ontwikkelingen in Zweden en ver daarbuiten. Wie de duurzaamheid vooruit wil helpen, kan veel leren van grasmaaiers en de vergroening van steden.

De technici en architecten van Sweco hebben als missie dat ze toekomstbestendige steden willen ontwerpen of daarbij helpen te transformeren. In dat kader is samenwerken en verbinden essentieel, vandaar het interessante programma op donderdag 2 februari, met onder meer Husqvarna op het podium.

Grasmaaiers

Van de Zweedse Jonas Willaredt (manager Duurzaamheid, Husqvarna) leerden we dat de meeste impact wat betreft de CO2-uitstoot veel meer verstopt zit in het gebruik van een grasmaaier (86%) dan in de productie van het apparaat. Het bedrijf mikt nu op een absolute reductie van de uitstoot in de hele waardeketen van 35% in 2025 (ten opzichte van 2015).
Wat het productieproces betreft, heeft Husqvarna al enorme stappen gemaakt (- 81%). Ook de schadelijke milieueffecten van het gebruik wist Husqvarna aanzienlijk terug te dringen. Grote zitmaaiers die liepen op diesel worden vervangen door slimme, compacte én elektrische robotmaaiers, die zelfs geschikt zijn voor het onderhoud van golfbanen. Andere stappen vooruit worden gevormd door verbeterde onderhouds- en reparatiemogelijkheden. Door bijvoorbeeld de klant zelf of de dealer.

Een andere grote bijdrage aan de verduurzaming is het verhuren van de maaiers in plaats van die te kopen. Ze blijven dan eigendom van Husqvarna, dat zich daardoor nog meer zal inspannen voor een langdurig leven van de apparaten. Huren kan in een abonnement worden gegoten, maar ook per uur.

Groene steden en dorpen

Sweco zelf levert op een heel andere manier een bijdrage aan de verduurzaming van de wereld. Zoals met de Groene Stad Challenge, een initiatief van Sweco, Husqvarna en NL Greenlabel. Deze competitie, waaraan 123 gemeenten in Nederland meedoen, levert uiteindelijk een ranglijst op van de groenste steden en dorpen. Ondertussen hebben de deelnemende partijen én Sweco, op basis van een veelheid aan data, nieuwe inzichten gekregen in de leefomgeving van wijken, dorpen en steden. Die kennis helpt bestuurders bij het formuleren van allerlei keuzes en nieuw beleid. De Husqvarna Urban Green Space Index (HUGSI) is de bron waarop de inzichten gedeeld worden.

“Alleen al door deelname aan de challenge krijgen gemeenten veel beter inzicht in het groen binnen de bebouwde kom”, zegt Joeri Meliefste (foto rechts, expert Stedelijk Groen bij Sweco). “Dit inzicht, uit 2021, moet toch te denken geven: gemiddeld bestaat 44% van het oppervlak van de onderzochte plaatsen uit groen. De potentie is echter nog enorm. Uit analyses van Sweco blijkt dat in de onderzochte gemeenten - 29% van alle gemeenten in Nederland - ruimte is voor nog eens 93.485 bomen in het openbare gebied. Ruim 23.000 voetbalvelden aan publieke grond is nog te vergroenen, zoals 812 voetbalvelden aan zinloze verharding en 4.216 voetbalvelden aan parkeervakken”, aldus Meliefste.

Met het vele extra groen wordt de verblijfskwaliteit en bewegingsruimte aanzienlijk vergroot, kan hittestress verminderen en neemt de biodiversiteit toe. Belangrijk en opmerkelijk zijn verder ook de gerelateerde feiten over bijvoorbeeld de gezondheid. Vergroening van de leefomgeving van een derde van Nederland zorgt per hectare groen voor 8,6 minder langdurig zorgbehoevende patiënten (op basis van veertien veelvoorkomende ziekten) en een jaarlijkse financiële besparing van minimaal 125 miljoen euro. Cijfers die niet iedere gemeente(ambtenaar) zich realiseert, maar wel veel impact opleveren.

100% circulair in 2035

Sweco timmert intern zelf ook stevig aan de weg, zo vertelde Richard Koops (foto boven), de business directeur circulaire economie. De ambities zijn torenhoog met het doel om zelf al in 2035 100% circulair en volledig CO2-neutraal te opereren. Daarbij is de CO2-uitstoot in 2018 het uitgangspunt: 6.497 ton (4,4 ton CO2 per fte). Koops: “In 2025 is het grootste deel van onze leaseauto’s 100% elektrisch, wat de grootste CO2-winst oplevert. Zo kunnen onze medewerkers sinds 2022 alleen nog maar volledig elektrische leaseauto’s bestellen.

Vervolgens is het zaak de gebouwen verder te verduurzamen. Zo laten we een Paris Proof-check doen door onze eigen professionals, wat inzicht geeft in de mogelijkheden tot duurzame verbeteringen. Bijvoorbeeld op het gebied van verdere energiebesparende maatregelen en aanpassingen die de CO2-uitstoot verminderen. Daarnaast kopen we enkel duurzaam en waar mogelijk circulair meubilair in. De meeste kantoren hebben nu al Energielabel A. Thuiswerkplekken, zoals circulaire bureaus en duurzaam geproduceerde stoelen, nemen we as-a-service af bij Triboo.”

De grootste uitdagingen voor Sweco de komende jaren zijn:

> Scope 3 mobiliteitsemissies (met name zakelijk en woon-werkverkeer met privé auto’s).
> Scope 1 kantoren (gasverbruik): hiervoor zal het verduurzamingsprogramma worden versterkt.

De voorlopige cijfers van het post-corona jaar 2022 geven alleen een lichte stijging in scope 3 aan.

Zachte kant

Vervolgens is het zaak om ook in de projecten die Sweco uitvoert voor overheden en ontwikkelaars, grote stappen én impact te maken. Het goede voorbeeld van Sweco zelf helpt daarbij. Dat is bereikt met veel interne bewustwording, communicatie en het aansluiten bij andere organisaties en experts. En krijgt een vervolg richting de klanten, met bijvoorbeeld de inbreng in contracten en constructies. Koops: “Ontwerp die constructies bijvoorbeeld vaker demontabel, ook als het niet specifiek wordt gevraagd. Gebouwen moeten vooral eenvoudiger worden ontworpen. Met een focus op biobased en hergebruik, met een efficiënter, flexibeler gebruik van werkplekken, niet te strak gedefinieerde ruimten en met as-a-service-constructies.”

Voorts is er meer focus nodig ‘op de zachte kant’, aldus Koops. “Of help de medewerkers een handje, want bestuurders kunnen wel hoge ambities uitspreken, maar is iedereen op de werkvloer wel in staat en bereid om dat uit te voeren? De duurzame ambities van de organisatie zijn vaak wel bekend, maar op projectniveau moet iedereen ermee aan de slag en dat vraagt om gedragsverandering. Dat wij daar op hameren, verwacht niet iedereen van een ingenieursbureau, maar is wel de grootste uitdaging. Wat is jouw rol ten opzichte van de duurzaamheidsdoelstellingen? Wat ga jij anders doen?”

Dankwoord en foto: Swedish Chamber of Commerce.

“Niemand is tegen duurzaamheid”, besluit Koops, “maar het wordt wel ineens spannend als het je eigen werk betreft. Zeker als het niet in de interne opdracht van de projectmanager zit en er geen geld voor is vrijgemaakt. Dan gaat het vooral om je intrinsieke motivatie en maak je andere keuzes dan je gewend bent te maken. Met misschien wel de spreekwoordelijke windmolen in je backyard. Want er moet iets gebeuren. We hebben nu te veel welvaart, te veel consumptie en ondertussen een daling van de circulariteit. Dat moet anders, te beginnen bij jezelf.”

Verslag: Ysbrand Visser
Beeld: Sweco; foto boven: centrale hal Sweco-kantoor, De Bilt.

Deel dit artikel

permalink