"Industrie moet meer duurzame bouwmaterialen maken"

De huizen zijn zeer duurzaam, maar ze hadden nóg duurzamer kunnen zijn. Die conclusie viel afgelopen donderdag te trekken bij de feestelijke opening van Agrodôme, een ecologisch bouwproject bestaande uit vier woonhuizen in Wageningen.

Bij het project Agrodôme waarin de gemeente Wageningen de afgelopen jaren samenwerkte met Wageningen Universiteit, een woningcorporatie en een bouwbedrijf, is zo veel mogelijk gebruikgemaakt van duurzame bouwtechnieken en hernieuwbare materialen.

Niet op de markt
Waarom die laatste stap, naar 100 procent duurzaam, dan niet is gezet? Omdat veel écht duurzame alternatieve bouwmaterialen eenvoudigweg nog niet op de markt zijn. Zo zijn de muren in de woningen afgewerkt met gipsbetonplaat. "Kokosvezelplaat zou beter zijn geweest", vertelt architect Renz Peijnenborgh.
 
"Gips is een mineraal, dat raakt op een gegeven moment op. Terwijl kokos hergroeibaar is. Bovendien is kokos in de derde wereld een afvalproduct." De techniek om uit dat afvalproduct hoogwaardige kokosvezelplaat te maken, is aanwezig, weet Peijnenborgh. "Maar de industrie springt er niet in. Dus is kokosvezelplaat op de markt niet te krijgen."

Concessies

En zo hebben de bouwers op nog een paar punten concessies moeten doen. Onder de groene daken, waarmee de vier huizen aan de achterkant zijn uitgerust, ligt bijvoorbeeld een folie gemaakt van EPDM. Dat is een synthetisch rubberproduct waarvan aardolie de grondstof is. "Een folie van plantaardige olie zou net zo goed kunnen", weet Peijnenborgh. Maar ook dat is weer "een kwestie van willen". "Iemand moet dat gaan maken."

Pvc-gebruik geminimaliseerd
Net zoals 'iemand' zich volgens de architect eindelijk eens zou moeten buigen over een alternatief voor pvc-buis. Maar dat ziet Peijnenborgh niet gebeuren zolang pvc niet verboden is, en dat op zijn beurt ziet hij weer niet aangezien de productie van pvc juist zo goed helpt om van chlooroverschotten af te komen.

Zodoende hebben de bouwers bij Agrodôme noodgedwongen pvc-buis moeten gebruiken voor het samenbundelen van elektraleidingen. "Maar we hebben het gebruik van pvc wel geminimaliseerd; in de houten plintgoten, waar ze volledig afgeschermd zijn, liggen de leidingen los."

Uitgeholde boomstammen
Zware metalen als zink en lood zijn in het project helemaal niet gebruikt. De dakgoten in Agrodôme zijn uitgeholde boomstammen. Op de daken aan de voorkant liggen larikshouten dakpannen. En zo zijn er nog meer elementen die de huizen een onmiskenbaar ecologische uitstraling geven. Zoals massief houten plafonds, alternatief voor het moeilijk te recyclen en zeer milieu-onvriendelijke beton.

Aan de muren is geen baksteen te pas gekomen. Het hele Agrodôme-complex is opgetrokken uit prefab houtvezelpanelen, met vlaswol als isolatie. Houtskeletbouw is volgens Peijnenborg de toekomst van milieuvriendelijk bouwen. Al was het maar omdat de productie van houtvezelpanelen (geperst uit vermalen afvalhout) vele malen minder milieubelastend is dan die van baksteen.

Heel traditioneel
Dat moet bij de doorsnee huizenkoper nog wel even doordringen. "Huizenkopers zijn heel traditioneel", weet Lex Janssen, directeur van woningcorporatie De Woningstichting. "Ze zijn opgevoed met baksteen en zijn bang dat houtskeletbouw snel zijn waarde verliest." Die angst is onterecht, benadrukt Janssen. "Maar het duurt generaties om daar doorheen te breken."

In elk geval waren drie kopers dit jaar al zo ver. Zij kochten, voor ongeveer 340.000 euro, een huis in Agrodôme. Het vierde pand is verhuurd aan Stichting Robinia, een particuliere organisatie die zich inzet voor een gezonder leefmilieu. Robinia gaat de woning gebruiken als informatiecentrum voor duurzaam bouwen.

Meer informatie: www.agrodome.nl

Martine Postma

Deel dit artikel

permalink