Project Lely, deel 3

In een serie over het in aanbouw zijnde duurzame bedrijfscomplex van de Lely Groep in Maassluis praat Mascha de Mink van ConsortArchitects met verschillende personen die bij het project betrokken zijn. In deel 3 van deze serie spreekt zij uitgebreid met haar collega Arnold Bolders (projectleider, BREEAM-expert en bouwmanager) over zijn driedubbele rol in dit project.

ConsortArchitects is de architect van het Meerjarenplan en binnen de totale nieuwbouw van de Lely Groep fungeren zij als directievoerder, projectleider, maar ook als BREEAM-expert op het project.

In gesprek
Wat is jouw ervaring als BREEAM-expert in dit Outstanding & Excellent project?
“Het duurzame niveau Outstanding steekt echt boven het maaiveld uit. Dat betekent dat je op alle gebieden harder moet lopen. Outstanding kent meer credits waaraan moet worden voldaan dan de andere niveaus; dus er moet meer bewijslast worden aangedragen. En omdat dit duurzame niveau voor een productielocatie nog niet eerder is behaald, bevind je je op onbekend terrein. Dat heeft effect op alle betrokkenen. Niemand wist vooraf precies wat er tijdens het traject zou gaan gebeuren. Wat dat betreft is dit project de ultieme leerschool.”

Zou je bij een volgend project dingen anders aanpakken?
“Met de kennis die ik nu heb, zou ik bij een volgend duurzaam project met BREEAM ambities in ieder geval de experts en assessor eerder in het traject betrekken. Wij hebben dit project van meet af aan integraal ingestoken. Alle hoofddisciplines waren nauw betrokken in de ontwerpfase en dat is heel goed. Ik weet nu dat degene die de documentatie gaat toetsen op duurzaamheid ook in een vroeg stadium zou moeten worden geïnformeerd. Zo voorkom je programmawijzigingen later in het project.”

Waren er dan programmawijzigingen nodig om de duurzame ambities waar te kunnen maken?
“Inderdaad. In eerste instantie hebben we het ontwerp moeten aanpassen, omdat de opdrachtgever tijdens het Definitief Ontwerp (DO) de ambitie voor de productiehal naar boven bijstelde naar niveau Outstanding. Later werd op initiatief van de geselecteerde aannemer Dura Vermeer Bouw Rotterdam nog een optimalisatieronde voorgesteld. Beide gebeurtenissen zorgden voor programma- en bestekwijzigingen. Dit vergt extra tijd. Daardoor hadden we bij het ondertekenen van het contract de definitieve bewijslast nog niet up-to-date. Het gevolg was dat er een aparte Nota van Wijzigingen voor BREEAM maatregelen noodzakelijk was aanvullend op het contract.”

Je had het over ‘bewijslast’ aandragen. Hoe werkt dat?
“De DGBC (Dutch Green Building Council) werkt volgens een specifiek document, de BRL (Beoordelings RichtLijnen). Dit is eigenlijk een heel helder systeem. Er staat strikt in wat je moet doen om punten te behalen. Op alle credits dien je schriftelijke onderbouwing of bewijs op te leveren bij een assessor. Deze kijkt als een mentor mee naar je documenten, beoordeelt en geeft aan waar er nog lacunes zijn. Zodra de assessor denkt dat de totale bewijslast sluitend is, gaat je aanvraag ter beoordeling naar de DGBC. Deze bepaalt uiteindelijk je totaal score en daarmee het duurzame niveau dat je behaalt.”

Dat klinkt simpel en helder. Ervoer je het ook zo?
“De werkwijze is helder, maar het behalen van een ontwerpcertificaat is niet echt wat je noemt ‘een fluitje van een cent’. Het vraagt van alle partijen veel extra inspanning om de bewijslast aan te dragen en om alles te coördineren en te registreren. Als we alle bewijslast zouden uitprinten, hebben we hier een kast vol met ordners over het BREEAM gedeelte van dit project. Het proces vraagt ook veel tijd. Na indiening van onze eerste stukken bij de assessor heeft het uiteindelijk een heel jaar geduurd voordat het ontwerpcertificaat werd overhandigd aan Lely.”

Heb jij er voordeel bij dat je tegelijkertijd zowel bouwmanager als BREEAM-expert bent?
“Ik denk het wel. Als bouwmanager heb je altijd een spilfunctie. Zowel in het ontwerptraject als tijdens de uitvoeringsperiode. Omdat een duurzaam bouwproject om een integrale aanpak vraagt, waarin bouwkundig, civiel en de installaties tot één geheel worden samengebracht, is het vanuit BREEAM oogpunt ook efficiënt om nauw bij het project betrokken te zijn. Door beide functies te bekleden heb je altijd een compleet inzicht en kost het je minder tijd. Ik vind de expertrol daarom heel goed passen bij de coördinerende dienstverlening van architectenbureaus. En een bijkomend voordeel in dat geval is dat je het architectonische ontwerp ook nog in de gaten kan houden tijdens het proces!”

Dit is het derde deel van een reeks over dit project.
Deel 1 verscheen op 28 november 2012.
Deel 2 verscheen op 19 december 2012.
Deel 4 zal verschijnen op 30 januari 2013.

Deel dit artikel

permalink

 

 

Links