RCO House is ‘smart building’ in monumentaal pand

Het nieuwe RCO House in Amsterdam is het nieuwe onderkomen voor de kantoren en oefenruimten van het Koninklijk Concertgebouworkest. Wat zijn de highlights van dit gebouw en hoe zorgt een focus op akoestiek voor een prettig werkklimaat?

Samen met projectleider André Vollebregt en Aafke van der Werf van restauratie-bouwbedrijf Koninklijke Woudenberg BV maken we een rondje door het vernieuwde RCO House. Je kunt het een geslaagde symbiose noemen van een historisch monument en nieuwbouw, ontworpen door Team V architecten. De regelbare akoestiek in de oefenruimten is een van de bijzonderheden.

Maar er is meer interessants te melden, zoals een grote wenteltrap die de verbinding vormt met oefenruimten en kantoren. De trap is voorzien van de muzieknoten uit een stuk van Bach en het tuinterras heeft een luchtbehandelingsinstallatie die vernuftig is weggewerkt. De gerestaureerde Berlage-trappen met geglazuurde tegels en de monumentale ontvangsthal met tegelvloer in zijn imposant. André Vollebregt: “De wenteltrap is met een enorme kraan via het dak in het gebouw gehesen”.

Box in Box-principe

De grens tussen ‘oud’ en nieuw wordt gemarkeerd door een lichtcorridor waar prominent het borstbeeld prijkt van oud-chef-dirigent van het Concertgebouw Willem Mengelberg. De oefenruimtes en de ensemblezaal zijn de belangrijkste ruimten in het gebouw. De akoestiek moest perfect zijn zodat orkestleden ongestoord kunnen studeren. André Vollebregt legt uit dat de oefenruimten bijna allemaal volgens het principe van box in een box zijn aangelegd.

“Het betekent dat de studio’s vrij hangen van muren, vloer en plafond in het bestaande gebouw zijn voorzien van een extra bouwschil, waardoor geluid wordt tegengehouden.” Alle studio’s zijn uitgerust met een eigen regelbaar luchtbehandelingsyteem, dat weer gekoppeld is aan het ventilatiesysteem van het hele gebouw.

Behoud heeft voorrang

Aan het restaureren van monumentale gebouwen werken gespecialiseerde vakmensen die gewend zijn om met dilemma’s om te gaan, legt Aafke van der Werf uit. Zij moeten tijdens hun werk de vinger durven opsteken. “Onze vakmensen zijn zich terdege bewust van de monumentale status van het gebouw waaraan zij werken. Fundamenteel uitgangspunt bij hun werk is het principe zoveel mogelijk te behouden. Regel is dat behoud gaat voor vervangen”, stelt Van der Werf. “Soms is dit idee niet meer houdbaar, want ergens is er natuurlijk een grens. Vaak is vervanging goedkoper, maar ook klimatologisch beter. Daarom moet je altijd de vraag stellen of behoud wel haalbaar is. En als je vervangt, op welke wijze dan, en wat doe je met het uitgekomen materiaal?”

In het onlangs uitgekomen Duurzaam Gebouwd Magazine #43 zetten we de duurzaamheidsmaatregelen van het RCO House op een rijtje. Daarnaast gaan we in op de ‘smart akoestiek’, die een rijke klankvariatie levert. Je leest het magazine gratis in onze kennisbank.

Tekst: Frits van Wolveren, Beeld: Renske Vrolijk

Deel dit artikel

permalink