Infraroodverwarming: kansrijk of discutabel?

Over de waarde van infraroodverwarming in de energietransitie in de gebouwde omgeving is nog veel discussie. In een kennisdossier over deze warmteoplossing zet TKI Urban Energy de laatste visies en feiten op een rij, als ondersteuning bij de discussie.

Infrarood als hoofd- en bijverwarming

Infraroodverwarming (IR-verwarming) wordt al in een klein deel van de woningen en gebouwen toegepast. Infraroodpanelen kunnen een slimme toepassing zijn als bijverwarming in ruimtes die kort of weinig worden gebruikt, zoals een badkamer, studeerkamer of zolder. Over de geschiktheid van infraroodpanelen als hoofdverwarming, waarbij ze zorgen voor de verwarming van het gehele pand, bestaat discussie. Sommigen geven aan dat infrarood zuinig, betaalbaar en comfortabel is als hoofdverwarming. Anderen trekken het nut van infrarood precies op deze vlakken in twijfel.

Bij een analyse van de discussie ligt het voor de hand om infrarood te vergelijken met een warmtepomp, omdat het allebei (individuele) all-electric oplossingen zijn voor de verwarming van een woning of gebouw (andere technieken, zoals elektrische heaters en elektrische vloerverwarming, vallen niet binnen de scope van het kennisdossier). Warmtepompen en infraroodpanelen zijn echter compleet verschillende verwarmingstechnieken en laten zich daarom lastig vergelijken.

Voor- en nadelen

Op een abstract niveau zijn de voor- en nadelen van beide systemen helder, maar de precieze orde van grootte is onzeker. In grote lijnen gaat de discussie (over het nut van de technieken) over deze drie typen argumenten:

Het lijkt erop dat warmtepompen minder elektriciteit verbruiken. Het is echter onduidelijk hoe groot het verschil met infrarood precies is, doordat de huidige vergelijkingen vaak op schattingen zijn gebaseerd. Wel is het evident dat warmtepompen tijdens de levensduur een lager CO2-verbruik hebben vanwege het lagere elektriciteitsverbruik.

Qua kosten lijken warmtepompen - over de gehele levensduur - beter te scoren dan infraroodverwarming, maar zonder gevalideerde claims over de levensduur is dit niet met zekerheid te zeggen. Verder is het lastig om generieke uitspraken te doen over comfort, omdat dit sterk afhankelijk is van persoonlijke voorkeuren.

Veel mensen of één persoon

Verder staat de discussie nog in de kinderschoenen, omdat er weinig gevalideerde informatie is over de werking van beide verwarmingsopties. Door het gebrek aan die informatie is het nog altijd onzeker wanneer infrarood wel een goede toepassing is en wanneer niet. Eigenlijk zijn tot zover alleen de extreme gevallen bekend. Zo zal IR-verwarming niet geschikt zijn in een woning waar veel mensen wonen, maar misschien wel als er in dezelfde woning slechts één persoon woont die weinig thuis is.

Deze conclusie roept op tot een vervolgvraag aan onderzoeksinstellingen: er is meer praktijkonderzoek nodig, waarbij warmtepompen en infraroodverwarming worden vergeleken op energieprestaties, kosten en comfortbeleving.

Heb je zelf goede data hierover, suggesties of andere waardevolle bijdragen aan dit kennisdossier? Neem dan contact op met Pieter Loonen en Bouwe Meijer, innovatieanalisten bij TKI Urban Energy. Ontwikkel je innovatieve oplossingen die gebruikmaken van infraroodpanelen? Overweeg die dan in te dienen op een van de innovatiesubsidieregelingen.

Het complete kennisdossier vind je hier: Infraroodverwarming versus de warmtepomp.

Deel dit artikel

permalink