Nieuwe meetmethode berekent werkelijke CO2-footprint

Duurzaam vastgoed creëer je niet met een energielabel, een Greencalc-score of een BREEAM-certificaat. Echte duurzaamheid ontstaat door bestaand vastgoed op de juiste manier te verduurzamen in plaats van uit te wijken naar nieuwbouw. Dat weet demissionair minister Huizinga, dat weet de IVBN en dat bewijst de duurzaamheidsanalyse Wijken of Blijven© van Local, ontwikkelaar van duurzaam vastgoed.

“Wijken of Blijven© geeft inzicht in de werkelijke gevolgen van de keuze om wel of niet te verhuizen en gaat daarmee aanzienlijk verder dan alleen energielabels en andere meetlatten aan de hand waarvan momenteel te veel beslissingen worden genomen,” aldus Arnout van Kessel van Local.

Wijken of Blijven© speelt in op de behoefte om de leegstand van kantoren in Nederland aan te pakken. Onlangs werd bekend dat de Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed Nederland (IVBN) zich achter het beleid van demissionair minister Huizinga heeft geschaard. Ook de IVBN wil de leegstand van kantoren tegengaan, onder meer door een rem op de nieuwbouw van kantoren.

Rijkswaterstaat blijft
Het Wijken of Blijven©-concept is in de praktijk al succesvol gebleken. Zo heeft Rijkswaterstaat op basis van de uitkomst van Wijken of Blijven© aangegeven dat het hun voorkeur heeft om te blijven in het Maasgebouw in Rotterdam.

En met de onlangs gestarte renovatie van De Tempel in Den Haag is de eerste stap gezet naar de oplevering van het eerste Rijksmonument met energielabel A. De duurzame renovatie van het gebouw is mogelijk door toepassing van nieuwe bedrijfseconomische modellen die leiden tot directe winst voor belegger en gebruiker.

Hoe werkt het?
Bedrijven die een kantoor huren en voor de keuze komen te staan te renoveren of te verhuizen, wijken in veel gevallen uit naar nieuwbouw. Van nieuwbouw weet men: daar is minder CO2-uitstoot dan in oude panden en het geheel kan naar eigen inzicht worden ontworpen en ingericht.

Maar bij verhuizing blijft ook een (specifiek) pand achter dat lastig opnieuw te verhuren is; een leeg gebouw waarin de eigenaar niet zonder meer zal en kan investeren. Terwijl als hij blijft, de huurder de eigenaar de financiële middelen in handen geeft om het gebouw weer toekomstbestendig te maken. Duurzaam en energiezuinig en flexibel indeelbaar.

De keuze voor wel of niet verhuizen moet dus veel doordachter zijn. Een gedegen analyse is daarbij belangrijk. Wijken of Blijven© voorziet in die behoefte. Het is een methode om de keuze voor het uitwijken naar nieuwbouw of het blijven in bestaande bouw te onderbouwen op basis van de werkelijke CO2-footprint als gevolg van deze keuze.

Voorbeeld
Een bedrijf huurt een kantoorgebouw uit 1990. Het bedrijf heeft een vergelijkbare ruimtebehoefte, maar overweegt te verhuizen. Het huidige gebouw heeft een CO2-uitstoot van 120 kg per m2. Uit de praktijk blijkt dat, bij kantoorgebouwen van circa twintig jaar oud, een CO2-reductie van minimaal 30% bedrijfseconomisch haalbaar is. Dus als de huurder in zijn huidige locatie blijft, resulteert dit in een CO2-reductie van 40 kg per m2. De CO2-footprint van het gerenoveerde kantoor is dan dus 80 kg per m2.

Nieuwbouw heeft een CO2-uitstoot die ongeveer de helft lager ligt ten opzichte van het oude kantoor, op circa 60 kg per m2. Is wijken naar nieuwbouw daarom een verantwoorde keuze voor duurzaamheid?

Als de huurder voor nieuwbouw kiest, laat hij een gebouw leeg achter. Dat is ook zijn verantwoordelijkheid, zeker als hij geen afspraken maakt met de eigenaar van het gebouw. Hij is dan verantwoordelijk voor dat deel van de CO2-footprint, waarop hij invloed heeft door te kiezen om niet te blijven.

In dit geval is dat een CO2-schade van 40 kg per m2, die dus moet worden opgeteld bij de CO2-footprint van 60 kg per m2 van het nieuwe pand. Daarmee is de keuze voor het uitwijken naar nieuwbouw veel minder duurzaam dan de keuze om te blijven in het gerenoveerde kantoor!

Deel dit artikel

permalink