Kristinsson: 'Techniek is cruciaal bij de energietransitie' 

De verduurzaming van de bestaande woningvoorraad met traditionele maatregelen is een wensdroom die niet uitvoerbaar is. Dat zegt Jón Kristinsson, emeritus hoogleraar aan de TU Delft en pionier duurzaam bouwen. “Het ontbreekt aan tijd en menskracht om het gekozen traject te volbrengen.” Hij ontwikkelde een alternatieve methode om woningen gasloos te maken. De eerste resultaten van een pilot zijn veelbelovend.

Foto: door Rob Voss

In Nederland wordt hard gewerkt aan plannen om de klimaatproblematiek op te lossen. Nieuwe woningen mogen geen CO2 meer uitstoten. Het energieverbruik moet zo laag mogelijk zijn en het gebruik van fossiele brandstof (gas) wordt tot een minimum beperkt. Het uitgangspunt bij het ontwerpen van die woningen zijn de richtlijnen uit de Trias Energetica. Het energieverbruik wordt dus beperkt door die nieuwe woningen zeer goed te isoleren, efficiënt te ventileren, en de woningen moeten zelf duurzame energie opwekken, bijvoorbeeld met zonnepanelen. Voor nieuwbouw, waar dit proces aan de tekentafel plaatsvindt, is dat een realistische aanpak.

Bij het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad, zo’n 7 miljoen woningen, wordt dezelfde gedachtegang gehanteerd. De primaire maatregelen, die politiek en bouwwereld voor ogen hebben, zijn goed isoleren in combinatie met duurzame opwekking van energie. Vanaf 2020 worden alle woningen gasloos gemaakt. Deze aanpak is volgens professor Kristinsson niet haalbaar. Vooral de praktische uitvoering roept vragen op. “Isoleren is heel arbeidsintensief. Het is allerminst zeker of er wel voldoende menskracht is om de hele woningvoorraad op tijd te verduurzamen.”

Trias Energetica op zijn kop

Kristinsson vindt de Trias Energetica voor het gasloos maken van bestaande woningen in principe een goede strategie. Maar dan moeten die richtlijnen wel op zijn kop worden gezet. Het gevolg is dat de verschillende elementen een andere prioriteit krijgen. Daardoor verandert de volgorde waarin maatregelen worden genomen. “Voor bestaande woningen geldt: een installatie heeft voorrang op thermisch isoleren (1), maak ook gebruik van zon- en afvalwarmte (2) en benut de kansen van technische innovaties (3)”.

Dat betekent dat huizen als eerste goed tochtdicht gemaakt worden. Er wordt beperkt thermisch geïsoleerd, alleen als dat snel en eenvoudig kan. Ventileren gebeurt decentraal met een zeer hoge warmteterugwinning. De woning wordt verwarmd met stralingswarmte en/of zeer lagetemperatuur luchtverwarming. Afvalwarmte, opgeslagen zonnewarmte, gemeentelijke warmtenetten, etc. zijn zeer geschikte warmtebronnen.

Deze aanpak loont des te meer bij gebruik van hightech warmtewisselaars en warmtepompen. “Onder de juiste condities zorgen deze technische innovaties voor een verrassend hoog rendement. De COP, de warmteopbrengst van elektriciteit van een warmtepomp, verdubbelt dan van 3,5 naar 6 – 8.”

Kleinschalige E-pilot

Kristinsson heeft zijn visie samen met enkele collega’s uitgewerkt voor een kleinschalige E-pilot bij Woningcorporatie Rentree in Deventer. Daartoe is voor € 39.350,-- in een woning geïnvesteerd. De CV-ketel is aangevuld met een hybride warmtepomp, zonnepanelen en er zijn twee lagetemperatuur radiatoren (HCCV19) toegevoegd. Op zowel de boven- als benedenverdieping zorgt een Ademend Raam / Fresh-r voor de ventilatie. Verder is de kierdichting is verbeterd. De woning heeft geen spouwmuurisolatie, er is wel dubbel glas, op de zoldervloer ligt een isolatiedeken en in de kruipruimte is isolatie aangebracht.

Het energieverbruik is gedurende twee jaar vergeleken met vier identieke woningen, waarbij in drie woningen andere energiebesparende maatregelen zijn genomen. Het resultaat is dat de woning van Team Kristinsson het laagste energieverbruik heeft, 78% lager dan de referentiewoning. De jaarlijkse energierekening is slechts € 554,-- en de bewoners zijn tevreden over het wooncomfort.

Hoewel de pilot te beperkt is om er wetenschappelijke conclusies aan te verbinden, is Kristinsson blij met het resultaat. “Door het moderniseren van de verwarmings- en ventilatie-installaties plus het tochtdicht maken en beperkt isoleren is het gelukt om zeer fors te besparen op het energieverbruik. En het uitvoeren van die ingrepen is niet eens zo vreselijk ingewikkeld. Handige bewoners / huiseigenaren kunnen een deel daarvan, bijvoorbeeld het tochtdicht maken, misschien wel zelf uitvoeren.”

Tekst: Piet Scheerhoorn

Deel dit artikel

permalink