Zo wordt onderhoud en gebruik van liften smart én duurzaam

Liften doen het ogenschijnlijk nog steeds zoals ze dat al decennialang doen. Onder de motorkap zijn deze ‘apparaten’ echter veel slimmer dan we vaak zien of vermoeden. Hendrik van ’t Hul doet een boekje open over wat Mitsubishi Elevator Europe ons allemaal voor smarts te bieden heeft en doet er ook nog een duurzame schep bovenop.

Je kunt je het haast niet meer voorstellen, maar in het tijdperk vóór computer en internet was de lift een van de slimste apparaten in ons leven door ons met één druk op de knop naar de gewenste etage te vervoeren. Dat gebruiksgemak is gebleven en verbeterd (vaak voel je al helemaal niets meer van het op en neer gaan), maar verregaande technologische ontwikkelingen bieden nog veel meer mogelijkheden. Die spitsen zich niet alleen toe op de gebruiker en op het onderhoud, maar leggen in de toekomst ook nog een koppeling naar smart cities.

Gebruiker

Met zichtbaar plezier vertelt Hendrik van ’t Hul (foto rechts) ons over de lift anno 2022. Die kan jou al bij de entree van een gebouw, met de juiste app op je telefoon, volautomatisch verbinden met de smart lift(en) in je kantoor. Het systeem herkent jouw binnenkomst, de lift snelt naar de vloer waar jij je bevindt en brengt je zonder tussenkomst van een knop naar de verdieping waar jij altijd werkt. De slimme liften van Mitsubishi kunnen echter nog veel meer. Door een koppeling met het gebouwbeheersysteem kan de lift je ook naar een etage brengen waar voor jou op dat moment nog een lege werkplek ter beschikking is. Of waar jouw team zich heeft verzameld op de vrije werkplekken.

Als er bij de entree van het gebouw niet wordt gewerkt met herkenning via een app, is er ook nog de optie van persoonsherkenning door de lift zelf. Met een camera, iris- of vingerscanner en anders wel door het zelf scannen van een QR-code. Dat biedt in theorie niet alleen toegang tot bovenstaande functies, maar zo nodig ook daadwerkelijk toegang tot een etage. Ook kun je denken aan het toepassen van stembesturing, maar dat is wat lastiger als de lift door veel mensen wordt gebruikt. Vanzelfsprekend worden in verband met de privacy alle voorwaarden van de AVG in acht genomen en is de toepassing afhankelijk van de eigenaar van de lift en de werkelijk gebruiker van het pand.

Naast de eigen slimme werking van een lift, zo vertelt Van ’t Hul ook, kan deze helpen bij informatieoverdracht. In plaats van een aanplakbiljet of poster kan de lift dat veel uitgebreider én slimmer. Heb je rond lunchtijd op het knopje van de restaurantverdieping gedrukt? Dan krijg je alvast het dagmenu te zien. Vertrek je rond vijf uur naar de begane grond? Dan kan het beeldscherm in de lift je informatie geven over wat er ‘buiten’ gebeurt, zoals info over files, het weer en treintijden.

Je kunt verder ook op tijd een seintje krijgen wanneer de liften er door gepland onderhoud ‘uit liggen’ en je thuiswerken kunt overwegen. Mocht er onverhoopt een storing optreden, dan kan de smart elevator van Mitsubishi je vertellen dat er al een monteur is gewaarschuwd en hoe lang het duurt voordat deze arriveert. Over storingen gesproken: met nog geen twintig uur storing per jaar zit Mitsubishi op het laagste aantal uren storing in de markt en ver onder het gemiddelde.

Onderhoud

Het smart monitoren van het onderhoud is ongetwijfeld nog belangrijker voor de eigenaar van het gebouw. Van ’t Hul vertelt daarover: “De deuren zijn het meest storingsgevoelig, maar dan wel meestal door externe oorzaken. Zo zien we vaker dat die ontzet worden door bijvoorbeeld scootmobielen. Als de deuren niet meer dichtgaan, geeft dat een foutcode die wij op afstand kunnen detecteren. Op dit moment sturen we er dan nog niet automatisch een monteur naartoe, maar dat gaat in de komende jaren wel gebeuren, nog voordat de gebruiker een melding doet.”

“Op dit moment zijn we bezig om veel data over het gebruik en onderhoud te monitoren en filteren. Het is vooral van belang te ontdekken wat relevant is en wat niet. Wat gaat ons daadwerkelijk iets meer zeggen? Je kunt bijvoorbeeld vermoeden dat bij een toename van het stroomverbruik er een storing aanstaande is. Zo verbruik je iets meer stroom als de lift of de deuren minder soepel lopen. We moeten nog vaststellen waar we hierbij de grens trekken en gelijk een monteur op pad sturen. Tegelijkertijd moeten we ervoor waken dat we door een teveel aan data door de bomen het bos niet meer zien. We gaan ons daarom concentreren op een beperkt aantal gebruiksgegevens, zoals het stroomverbruik van de lift, de sluittijd van deuren of niet-normale bewegingen van de liftkooi.”

Door het vooraf detecteren van de juiste gebruiksgegevens kan dus het belangrijke predictive maintenance plaatsvinden en worden storingen voorkomen. Het huidige aantal storingen zit al op een minimum - wat met de huidige middelen technisch haalbaar is - maar dankzij de geschetste slimme toepassingen verwacht Van ’t Hul nog verdere verbeteringen. Ook in het signaleren van de storingen zelf is nog verfijning mogelijk. Van ’t Hul: “We weten wat een normaal, dagelijks patroon van het gebruik van de liften is. Als dat gebruik ineens extreem afwijkt zonder dat er een foutcode gemeld wordt, zou dat toch op een storing kunnen wijzen. Nu gaan we daar nog niet op acteren, maar als we in de toekomst de juiste data hebben geanalyseerd, zal er wel automatisch iemand op af kunnen gaan.”

Product-as-a-service

Naast het belang van datagestuurd onderhoud benadrukt Van ’t Hul ook de duurzame aspecten van de liften. In dat kader werkt Mitsubishi als enige in de branche sinds 2016 met product-as-a-service, wat sinds een aantal jaren al de meerderheid vormt van de omzet van de nieuw gekochte Mitsubishi-liften. Van ’t Hul: “Als organisatie focussen wij ons daar volledig op, ook al zal de markt nooit 100% product-as-a-service worden. Het vergt andere juridische vormen en de financierbaarheid ervan is nog relatief nieuw, maar vanuit het duurzame gedachtegoed gaan we hier zeker mee door.”

“Als eigenaar van het product”, vervolgt Van ’t Hul, “streef je een langere levensduur na en ga je op een andere manier met je product om. Vooral ook doordat we in de toekomst minder materialen tot onze beschikking hebben en ook minder handen om de technieken toe te passen. De tijd van onbeperkte bronnen hebben we achter ons gelaten, dus moeten wij bepalen hoe we daar smart mee omgaan. Zo moet je, als een lift minder wordt gebruikt, ook het onderhoud aanpassen. De liftenbranche is bijvoorbeeld nog gewend om preventief materialen te vervangen, maar als een lift minder gebruikt wordt, kun je het vervangen van materialen beter uitstellen. Dat is disruptief denken, want zo passen wij het traditionele verdienmodel aan en tornen we wel aan onze eigen omzet. We moeten dat echter als hele bouwwereld en industrie wereldwijd gaan toepassen. De klant zal hier uiteindelijk voor moeten gaan betalen, maar pas dan hebben we het met elkaar écht over duurzaam bouwen”, besluit Van ’t Hul.

Tekst: Ysbrand Visser
Beeld: Mitsubishi Elevator Europe

Deel dit artikel

permalink