Wie is de gebruiker die we gelukkig willen maken?

“Ik werk in de bouw. Ik ben ingenieur, ik ben opgeleid in de bouwfysica. Dat is het raakvlak van…” In de gesprekken die ik de laatste jaren voerde over mijn werk, merkte ik dat mijn gespreksgenoten veel ontvankelijker waren voor mijn missie om mensen gelukkig te maken.

De uitdagingen die we in onze glocale samenleving hebben, zijn prikkelend. De bewustwording van gebouwgebruikers in onze gebouwomgeving wordt groter en groter. We maken hoekige statische gebouwen voor ronde, dynamische organisaties en mensen. Juist voor de aspecten van comfort en gezondheid liggen er kansen om een betere match te realiseren tussen gebouw en gebruiker. Als we de uitkomsten van de Leesman-index – dat de effectiviteit van de werkomgeving meet – mogen geloven, is de ruimte voor verbetering in het domein van gezondheid en comfort met afstand het grootst.

Wie is 'de' gebruiker? 

Klinkt allemaal logisch, maar wie is ‘de’ gebruiker? Een organisatie kent vele gezichten met uiteenlopende belangen, terwijl een Programma van Eisen (PvE) doet vermoeden dat dit alles is terug te brengen tot een reeks getallen voor statische ruimten. Om de achterliggende behoefte in beeld te krijgen, zijn we vanuit Deerns de dialoog aangegaan met de diverse stakeholders binnen zorggebouwen. Weten de bestuurders die aan de beslis- en ontwerptafel zitten, specifiek waar de drijfveren, behoeften en wensen liggen van de andere stakeholders zoals bewoners, verplegend personeel, facilitair management en bezoekers?

 Verplaats je eens in een ander

Vaak spreken ze een andere taal en toch nemen we de aannames voor waar aan in nieuwbouw- en renovatietrajecten. En anders weten de partners in het ontwerp- en bouwteam op basis van hun enorme ervaring te vertellen wat de gebouwgebruikers verlangen. Ik nodig je uit voor het volgende gedachtenexperiment: probeer aan iemand die kleurenblind is uit te leggen wat de kleur blauw is… En? Het is lastig om ons echt in anderen te verplaatsen.

Verschil in ervaringen gebouwgebruik

Nieuwsgierig naar onze bevindingen over de gesprekken die we voerden met de bewoners, bestuurders, medewerkers en bezoekers van zorginstellingen? Opvallend was dat de bestuurders de minste opmerkingen gaven over de comfortgerelateerde zaken die spelen in het gebouwgebruik. Teamleiders en facilitair personeel benoemden de meeste behoeften en aandachtspunten in dit domein. De bewoners zelf wisten ook relatief weinig concrete zaken te benoemen. Een verklaring is dat het verzorgend en facilitair personeel nadrukkelijker actief is in de gebouwen. Zo loopt de verpleging ertegenaan dat het lichtniveau op veel plekken onvoldoende is om de kleine letters op medicijndoosjes te ontcijferen. Het PvE schrijft daar meestal strak een gemiddeld luxniveau voor. Een waarde waar de gebruiker niet gelijk mee geholpen is.

Wat is de juiste lichtoplossing?

Een ander lichtaspect is dat er vaak te weinig licht voor verplegers is om ’s avonds kleding klaar te leggen. De volgende dag zien ze de bewoners dan in daglicht soms lopen met vlekken op hun kleding. Vlekken die met de avondverlichting niet te zien waren. Architecten grijpen dan al snel naar een oplossing om verdiepingshoog glas te maken voor de optimale daglichtvoorziening. Een sympathieke gedachte, maar ouderen lopen daar letterlijk van weg. Ze durven niet langs de ramen te lopen of erdoor naar buiten te kijken.

 Onwennigheid met vloerverwarming

Ook is er onwennigheid met vloerverwarming. Deze duurzame voorziening, die goed aansluit bij het steeds meer toepassen van lagetemperatuurverwarming, is bij veel ouderen onbekend. Het systeem is niet zichtbaar, waardoor het gevoelsmatig kouder lijkt. Traditionele radiatoren doen hen aan ‘warmte’ herinneren. En door altijd met bedekte voeten te lopen, maakt dat voor hen de vloerverwarming ook minder voelbaar is.

 Geluidsoverlast?

Dat het gehoor van ouderen terugloopt, is bekend. Zelf hebben ze ook niet zoveel last van het harde tv-geluid dat van hun buren doorkomt. Hun bezoekers storen zich daar eerder aan. De akoestiek in de ruimte, bepalend voor de spraakverstaanbaarheid, is wel een aandachtspunt. In gewone appartementen is het doorgaans ongebruikelijk om geluidsabsorberende voorzieningen te treffen zoals een absorberend plafond. De meerwaarde hiervan voor ouderen is groot om de concentratieboog gespannen te houden en te zorgen voor een prettig verblijf.

Oplossingsrichtingen

In onze samenwerking met adviesbureau HEVO en architectenbureau Inbo voor de Transformatiescan gebruiken we de gesprekstechnieken om het huisvestingsvraagstuk van zorginstellingen kristalhelder te krijgen, om vervolgens samen met de stakeholders oplossingsrichtingen naast elkaar te zetten. De veranderingen in onze verzorgingsstaat, de voorraad aan de vele niet (meer) passende zorggebouwen en de vraag voor duurzaam en gezond vastgoed vraagt om een integrale aanpak die de eindgebruikers bewust in het traject betrekken. Simpelweg om mensen gelukkig te maken.

Met dank aan het afstudeerwerk van Roelof Dieleman (Avans Tilburg - Deerns).

Deel dit artikel

permalink

 

 

Meer door Marten Valk