Auteur: Gerrit Tenkink
Het gemeentehuis in Oldebroek was al enige jaren dringend aan renovatie toe. Maar wat doe je op momenten dat gemeentelijke herindelingen aan de orde van de dag zijn, het beschikbare budget minimaal is en de burgers in tijden van crisis kritisch kijken waar overheden hun geld aan uitgeven?
Juist, je renoveert met de hand op de knip en met gezond verstand. Architect Alex Drost van 4D Architecten noemt het ‘herkenbaar vernieuwen’. Het gebouw uit 1980 was niet alleen fysiek toe aan renovatie, ook de ontvangst van bezoekers voldeed niet meer aan de huidige tijd. Op 10 september 2014 opende het gemeentehuis het nieuwe Klant Contact Centrum (KCC).
Geen extra geld vrijgemaakt
Een grondige renovatie van het interieur en optimalisatie van de bouwkundige opzet resulteerde in een publiekscentrum met een open en frisse uitstraling zonder concessies te doen aan de herkenbare identiteit van het gebouw. Totale kosten van de renovatie: zo’n € 750.000. “Alle financiële middelen waren beschikbaar vanuit de bezuinigingen, die we eerder al hadden gerealiseerd vanuit uitstel van onderhoud. We hebben dus geen extra geld hoeven vrijmaken”, meldt de verantwoordelijke ambtenaar trots.
Overheid als voorbeeldfunctie
Op het moment dat renovatie niet meer kon worden uitgesteld, werd besloten om te renoveren met in het achterhoofd een mogelijke verkoop van het gebouw binnen een afzienbare tijd aan een externe partij. “Daar is goed over nagedacht”, legt Drost uit, “niet alleen vanwege de centen, maar ook omdat de overheid een voorbeeldfunctie heeft. Je vernieuwt een gebouw, maar wilt graag dat het ook zijn functionaliteit houdt op het moment dat jij weg bent. Dat het dus interessant is voor een volgende partij en niet leeg blijft staan. We hebben bijvoorbeeld alle logo’s en emblemen, die bij het gemeentehuis horen, zo aangebracht dat ze ook eenvoudig zijn te verwijderen. Logo’s met stickers en de tekst die ooit in de banken van de raadsleden stond gegraveerd, werd overgenomen in schilderijen aan de muur. In onze ogen heeft dat ook te maken met verduurzaming.”
Hart van het gemeentehuis
Het KCC was de eerste uitdaging waar architect Drost aan moest voldoen. Door de voormalige trouwzaal te integreren in de raadszaal werd ruimte gecreëerd voor een nieuwe Klant Contact Centrum. Dit centrum vormt nu het hart van het gerenoveerde gemeentehuis. “Voorwaarde was dat het laagdrempelig moet zijn voor bezoek. De ambtenaren ontvangen hier burgers, die voor zich voor allerlei zaken melden. We hebben 4 open ruimtes, die van elkaar worden afgeschermd door akoestische schermen. Daarnaast zijn er 2 spreekkamers voor meer privacygevoelige gesprekken. De balie is vervangen door een tafel om het geheel een vriendelijker uitstraling te geven. Optisch loopt die tafel door alle ruimtes heen.”
Het KCC is nieuw en vormt nu het hart van het gemeentehuis van het Gelderse Oldebroek.
Duurzame verlichting
Een 2e punt van aandacht was het plafond. In de oude situatie bestond dat plafond uit bruine houten schroten. Het oorspronkelijk plan was om deze schroten van een kleurtje te voorzien, maar dat bleek praktisch niet uitvoerbaar. Dus viel het besluit om het schrotenplafond te verwijderen en te vervangen door een lichtgekleurd Focus LP–systeemplafond van Ecophon, met plafondplaten variërend in breedtes van 15, 30 en 60 centimeter. Architect Drost was met name gecharmeerd van dit plafond vanwege het lijnenspel.
Hierdoor werd het noodzakelijk, maar ook veel eenvoudiger om de armaturen te vervangen. Hier gaf lichtexpert Rik Nijs van Haco Lichtprojecten invulling aan. “In de oude situatie werden tl-armaturen afgeschermd met roosters. In de nieuwe situatie hebben we gekozen voor led-downlighters.”
Besparing door ledverlichting
Als het gaat over energiebesparing merkt hij dat er nog veel misverstanden bestaan over duurzame verlichting. “In principe is led energiezuiniger, maar je moet wel kijken naar de benodigde lichtopbrengst op de werkplek. Het voordeel van de nieuwe situatie is dat de armaturen deels dimbaar zijn, waarbij het mogelijk is om elke gewenste lichtsituatie te creëren en daarbij ook onderscheid te maken tussen werkplekken en looppaden. Dat zorgt voor de nodige besparing. Daarnaast was in de oude situatie sprake van 286 armaturen met een vermogen van 24 Watt. In de nieuwe situatie hadden we nog maar 160 armaturen met een vermogen van 14 Watt nodig. Het totaal geïnstalleerd vermogen is gedaald van circa 6.800 Watt naar circa 3.000 Watt voor de gangzones en de raadszaal. Het lichtniveau is echter zo’n 2 tot 3 keer hoger geworden. Daarnaast zorgden minder armaturen ook nog eens voor een aanzienlijke besparing op bijvoorbeeld de bekabeling.”
Foto boven: Over herkenbaarheid gesproken: de opvallende houten wenteltrap bleef intact en vormt een scherp contrast met de aangepaste moderne uitstraling van de rest van de entree.