'Een BENG-schoolgebouw is geen sluitende businesscase'
Het einde van de levensduur nadert voor een fors deel van de schoolgebouwen in Nederland, met vooral vastgoed stammende uit de jaren 60 en 70. Deze gebouwen moeten in een enorm tempo worden verduurzaamd en die snelheid lijkt nog niet in het verschiet te liggen. Tijdens het seminar Duurzame Scholen, onder kundige leiding van dagvoorzitter Marco van Zandwijk van Ruimte-OK, lag daarom de nadruk op het delen van kennis om de opschaling en de vereiste vaart wél te halen.
Het toekomstbestendig maken van onderwijsvastgoed valt of staat met een goede financiering. Daarom stelde Peter Reidsma van Fit Our Future de vraag ‘Hoe financier ik verduurzaming van onderwijshuisvesting?’ en beantwoordde hem. “Verduurzaming kan en móet makkelijker. Het begint allemaal met een gezonde businesscase. Als je gaat investeren, probeer dan vooraf zo goed mogelijk in te schatten wat dat precies inhoudt. Neem in het budget tijdelijke huisvestingskosten mee, zorg vooraf voor het juiste financieringsgesprek.”
Kansen voor businesscases
Aanbestedingen mislukken doordat partijen met goede moed beginnen en gaandeweg het proces offertes krijgen die niet matchen met de verwachtingen. “We vinden budget voor de verduurzaming bij gemeenten, gespaard onderhoudsbudget, lagere energiekosten en subsidies. Denk bij laatstgenoemde aan de SDE+, die in 15 jaar zo’n 60 tot 90 procent van de investering dekt. Let op, want de laatste ronde is aangebroken. Ook de ISDE is dekkend, voor zo’n 10 tot 15 procent van de investering, voor warmtepompen, zonnecollectoren en pelletkachels.” Dit zijn de kansen voor de businesscase, maar vanzelfsprekend zijn er ook risico’s om rekening mee te houden. “De techniek, het gebruik en de bezetting, vastgoedbeleid van de gemeente. Een BENG gebouw is geen sluitende businesscase, omdat de stap naar ENG nog steeds groot is en er sprake kan zijn van een desinvestering. Trek daarom samen met de gemeente op, maak risico’s inzichtelijk en maak er afspraken over.”
Daar sloot Tristan Sanders op aan, mede refererend naar de Informatieplicht energiebesparing voor scholen. “Het is verplicht als het vastgoed meer dan 50.000 kWh aan stroom of 25.000 kubieke meter aan gas verbruiken. Vanaf 1 juli 2019 moet onderwijs hierover rapporteren.” Hij duidt de niet de onderschatten uitdaging. “Voor een gemiddeld schoolbestuur valt 25 tot 50 procent van de gebouwen onder de informatieplicht. Dat is een flinke opgave voor het onderwijs.”
Overzicht houden
Bij de verduurzaming van deze gebouwen bemerkt hij hobbels die kunnen worden omgezet in kansen. “We weten vaak niet eens wat het verbruik is per gebouw. Het overzicht ontbreekt om verantwoorde investeringsbesluiten te maken. Daarom is het zaak om eerst de basis op orde te brengen. Trek ladekasten open, ga op zoek naar een jaarafrekening van energie en check je aansluitingen.” Als deze data verzameld is, is het essentieel om dit te structureren en in een database onder te brengen. “Vervolgens leggen we dit langs de erkende maatregelenlijst van de overheid, met energiebesparende maatregelen. Dan kunnen we per gebouw gaan aanvinken welke maatregelen we gaan doen.”
De noodzaak om deze energiebesparende maatregelen door te voeren is duidelijk, vooral met de torenhoge ambities rondom CO2-besparing en energieneutraliteit aan de horizon. Laagdrempelige vormen van energiebesparing en quick wins in dit kader stonden centraal in de presentatie van Jeroen Paas van Ruimte-OK. “Er is werk aan de winkel, want in 2030 moet 49% van de CO2-reductie in de bestaande bouw zijn behaald. In 2050 moet dan uiteindelijk 95% CO2-reductie zijn behaald.” Scholen staan in die opgave niet alleen. “Het 2-jarige programma ‘Scholen besparen energie’ ondersteunt het bestuur bij het nemen van maatregelen, met een startpakket, helpdesk, tools en praktijkervaringen. In het kader van quick wins onderscheiden we korte termijn, individuele maatregelen voor het onderhoudsplan, middellange termijn, met maatregelenpakket voor het MJOP en lange termijn, een integrale aanpak voor het DMJOP. In principe geldt dat een investering van €1.000 minstens een besparing van €200 genereert per jaar.”
Quick wins
Voor de verduurzaming zijn een eenvoudige en uitgebreide methode aan te wijzen. In de simpele versie wordt eerst een top 10 lijst met quick wins voor energiebesparing opgesteld. “Daarna worden de effecten van de maatregelen in kaart gebracht en de uitvoering op korte of op lange termijn ingepland. Na de uitvoering, zelf of uitbesteed, controleer je het effect en kun je kiezen om een stappenplan in beeld te brengen en aan de slag te gaan met uitgebreide maatregelen.” In het uitgebreide programma maakt een schoolbestuur onder andere iemand verantwoordelijk, worden gebouwen en energieverbruik in kaart gebracht en worden vooranalyses uitgevoerd. “Dankzij het programma kan een basisschool gemiddeld € 3.500 besparen en een middelbare school € 15.000 per jaar.
De praktijkblik kwam ten slotte van Thomas Nobel, voormalig teammanager huisvesting & inkoop bij Wellantcollege, met onder meer 3.500 MBO-studenten en 9.000 VMBO leerlingen. “We willen werken aan een gezonde en leefbare toekomst, door uit te blinken in groen onderwijs. De ambitie is om in 2020 al een koppositie te hebben in de Randstad door het aanbieden van toekomstgericht onderwijs.” Die ambitie krijgt vorm in een roadmap, een duurzame stip. “Een strategie 2015 – 2020, Instellingsplan en Strategisch Huisvestingsplan 2016 – 2026 liggen daaraan ten grondslag.”
Handen uit de mouwen
Mijlpalen in de reis naar de koppositie zijn onder andere het bronzen en zilveren certificaat, uitgereikt door de duurzaamheidsorganisatie Eco-Schools. Om de certificaten in de wacht te slepen, moest de school in Boskoop de handen uit de mouwen steken. “Duurzaamheid komt terug in verschillende zaken, niet alleen op technisch vlak zoals zonnecollectoren en -panelen. Je ziet het terug in de gezonde schoolkantine, de groene schoolomgeving zoals de Natuurtuin ‘De Veenmol’ en het scheiden van afval.” Een ander voorbeeld is de nieuwbouw in Utrecht, een A++++ energieneutraal gebouw, dat in mei 2017 in gebruik werd genomen. “Ook in Dordrecht gingen we aan de slag, met het hergebruik van bestaande constructies. Een overkoepelend advies dat ik zou willen meegeven, sluit aan op de presentaties van mijn voorgangers: vind het laaghangend fruit en pluk!”
Bekijk de terugblikpagina van dit seminar Duurzame Scholen op de website van Duurzaam Gebouwd. Hier vind je onder meer de presentaties van de sprekers van het event.